In de functie P/A/S/M/panorama door beweging
4. Selecteer een gewenste functie door op de boven-/onder-/rechter-/linkerkant van het besturingswiel
te drukken.
5. Draai de voorste keuzeknop om de gewenste instelling te selecteren.
Sommige instelwaarden kunnen worden fijngeregeld door de achterste keuzeknop te draaien.
Instellingen maken op het specifieke scherm.
Selecteer de gewenste functie in stap 4 en druk daarna op
Het specifieke scherm voor de functie wordt afgebeeld. Volg de bedieningsgids (A) om de instellingen
te maken.
Opmerking
De grijze items op het Quick Navi-scherm zijn niet beschikbaar.
Bij gebruik van [Creatieve stijl] of [Beeldprofiel], kunnen sommige van de insteltaken alleen worden
uitgevoerd op een toegewezen scherm.
[30] Hoe te gebruiken
Opnemen
Stilstaande/bewegende beelden opnemen
in het midden van het besturingswiel.