De zoom gebruiken
Draai de zoomknop om de optische zoom te activeren. Om
in te zoomen zodat het onderwerp een groter deel van het
beeld inneemt, draait u naar g. Om uit te zoomen zodat er
meer van de omgeving in het beeld te zien is, draait u naar
f.
• De zoomstand is ingesteld op de maximale
groothoekstand wanneer de camera wordt
ingeschakeld.
• Een zoomaanduiding verschijnt aan de bovenzijde op de
monitor zodra de zoomknop wordt gedraaid.
Digitale zoom
Zodra de camera ingezoomd is op de maximale optische zoomstand, draait u de
zoomknop naar g en houdt u hem zo vast om de digitale zoom te activeren. Het
onderwerp wordt vergroot tot 4× de maximale optische zoomfactor.
Maximale optische
zoom
• De camera stelt scherp op het midden van het beeld en het scherpstelveld wordt
niet weergegeven wanneer de digitale zoom is ingeschakeld.
C
Digitale zoom en interpolatie
In tegenstelling tot optische zoom, wordt bij digitale zoom gebruikgemaakt van een techniek die
interpolatie wordt genoemd om beeld te vergroten; deze techniek resulteert in een geringe afname van de
beeldkwaliteit op basis van de beeldmodus (A 43) en de digitale zoomfactor.
Interpolatie wordt toegepast bij zoomstanden voorbij V wanneer foto's worden gemaakt. Als de zoom
voorbij de stand V wordt verhoogd, wordt de interpolatie geactiveerd en wordt de zoomaanduiding geel
om aan te geven dat interpolatie wordt toegepast. De positie van V wordt naar rechts verplaatst als het
beeldformaat kleiner wordt, om de zoomstanden te kunnen controleren waarbij opnemen mogelijk is
zonder interpolatie bij de huidige instelling voor de beeldmodus.
• De digitale zoom kan worden uitgeschakeld met de optie Digitale zoom (A 156) in het setup-menu
(A 146).
Digitale zoom
ingeschakeld
Klein beeldformaat
Stap 2 Het beeld kadreren
Uitzoomen
Inzoomen
Optische
Digitale
zoom
zoom
29