Ü 10H - DAGELIJKS ONDERHOUD OF OM DE 10 WERKUREN
CONTROLEREN
Raadpleeg het onderhoudspersoneel in geval van twijfel over de toestand van de hoogwerker.
OPMERKING: De bovenwagenkappen moeten open zijn en de accukap
worden verwijderd met het oog op de algemene inspectie van de
hoogwerker. Ze moeten nadien worden gesloten en weer op hun
plaats worden gezet.
De operator moet de hoogwerker visueel en handmatig inspecteren:
- Controleren of de instructieaanwijzing proper en compleet is.
- De stickers controleren en nagaan of ze allemaal aanwezig, proper en leesbaar zijn,
e
2 - BESCHRIJVING: STICKERS.
- Nagaan of er lekken zijn: brandstof, verbrandingsmotorolie, koelvloeistof,
accuvloeistof, hydraulische olie, smeermiddelen, enz.
- De toestand van de structuur controleren: afwezigheid van schokken, beschadigingen,
gebarsten naden, corrosie, overmatige mechanische speling, slijtage, enz.
- De toestand van de mand controleren: structuur, vloer, veiligheidsleuning,
vastmaakpunten van het harnas, enz.
- De toestand van de hydraulische bestanddelen controleren: pompen, verdelers,
kleppen, motoren, cilinders, slangen, enz.
- De toestand van de mechanische bestanddelen controleren: wielen, banden,
trekstangen, tandkrans, assen, enz.
- De toestand van de elektrische bestanddelen controleren: bedieningspanelen,
pedaal, bedieningshendels, contactsluiters, knoppen, controlelampjes, accu,
zekeringen, kabels, bundels, zwaailicht, enz.
- De toestand van de kappen, hendels, sluitingen, doppen, enz. controleren.
- Nagaan of er geen onderdelen ontbreken of los zitten: schroeven, moeren, pennen,
enz.
- Nagaan of er geen onderdelen ontbreken of niet-toegestane wijzigingen zijn
aangebracht.
- De algemene properheid van de hoogwerker nagaan: vloer van de mand,
motorcompartiment, enz.
CONTROLEREN
CONTROLEREN
Nooit roken of een vlam in de buurt brengen tijdens het vullen met brandstof of als de reservoirdop verwijderd is.
Nooit brandstof toevoegen als de verbrandingsmotor draait.
Raadpleeg het onderhoudspersoneel bij twijfel over de spanning van de accu.
- Zet de hoogwerker onder spanning.
- Controleer het brandstofpeil dat op het interfacescherm wordt weergegeven.
- Als het peil laag is:
• Verwijder de reservoirdop
• Voeg brandstof toe tot het maximale niveau is bereikt,
EN BRANDSTOF.
• Plaats de reservoirdop terug.
- Als het peil OK is:
• Zorg ervoor dat de reservoirdop
- Controleer de accuspanning die op het interfacescherm kan worden afgelezen.
Raadpleeg het onderhoudspersoneel bij een lage spanning.
- Zet de hoogwerker onder spanning.
t
t
BELANGRIJK
t
t
BELANGRIJK
1
.
1
naar behoren is gesloten.
Algemene inspectie
1
moet
Brandstofpeil
Accuspanning
e
SMEERMIDDELEN
3 - 12
1
1