6
Druk op E.
Het bedieningspaneel verschijnt opnieuw.
7
Druk op F.
De camera keert terug naar de standby-stand.
u Opgelet
• Deze functie kan in sommige opnamestanden of in
combinatie met sommige andere functies niet worden
gebruikt. (p.115)
• Digital Preview bij stap 2 kan niet worden uitgevoerd
wanneer de transportstand is ingesteld op [Dubbelopnamen],
[Intervalopname] of [Intervalcompositie].
• Afhankelijk van de toegepaste filter kan het opslaan
van opnamen langer duren.
t Memo
• U kunt opnamen ook in de weergavestand verwerken
met digitale filters. (p.89)
Opnamen corrigeren
Regeling van de helderheid
Hooglichtcorrectie/Schaduwcorrectie
Vergroot het dynamisch bereik en biedt een breder
toonbereik dat kan worden opgenomen door de CMOS-sensor
en zorgt voor minder overbelichte/onderbelichte gebieden.
Stel dit in op het bedieningspaneel of bij [Instellingen D-range]
in het menu A2.
Hooglichtcorrectie
Hooglichtcorrectie
Auto
Auto
Annul.
Annul.
OK
OK
u Opgelet
• Wanneer de gevoeligheid ingesteld is op lager dan ISO 200,
kan [Hooglichtcorrectie] niet worden ingesteld op [Aan].
t Memo
• [Hooglichtcorrectie] in de stand C kan worden ingesteld
op [Auto] of [Uit].
v/A2
Schaduwcorrectie
Schaduwcorrectie
Auto
Auto
Annul.
Annul.
OK
OK
3
77