Voices selecteren en bespelen
Een reverb-/effecttype selecteren – [REVERB]/[EFFECT]
[REVERB]
Met deze regelaar kunt u verscheidene digitale reverbeffecten
selecteren voor het toevoegen van extra diepte en expressie aan
het geluid en het creëren van een realistische akoestische
ambiance.
UIT:
Als er geen reverbeffect is geselecteerd, brandt er geen
indicator bij REVERB.
ROOM: Deze instelling voegt een reverbeffect toe aan het geluid dat overeenkomt
met het type akoestische nagalm dat u in een kamer zou horen.
HALL 1: Voor een 'groter' reverbgeluid gebruikt u de instelling HALL 1. Dit effect
bootst de natuurlijke akoestiek van een kleine concertzaal na.
HALL 2: Voor een echt ruimtelijk reverbgeluid gebruikt u de instelling HALL 2.
Dit effect bootst de natuurlijke akoestiek van een grote concertzaal na.
STAGE: Hiermee wordt de reverb van een podiumomgeving nagebootst.
U kunt reverb in- en uitschakelen door herhaaldelijk op de knop
De indicators lichten beurtelings op, elke keer als de knop
Als alle indicators uit zijn, wordt er geen effect geproduceerd.
De nagalmdiepte aanpassen
Pas de nagalmdiepte voor de geselecteerde voice aan met de knoppen
, terwijl u de knop
[+/YES]
de diepte zijn voor elke voice verschillend. Het dieptebereik ligt tussen 0 (geen effect)
en 20 (maximale nagalmdiepte). De huidige diepte-instelling verschijnt op het display
zolang de knop
[REVERB]
[EFFECT]
Met de knop
[EFFECT]
uw geluid kunt verdiepen en verlevendigen.
UIT:
Als er geen effect is geselecteerd, brandt er geen
indicator bij EFFECT.
CHORUS:
Voegt diepte en volheid toe aan het geluid.
PHASER:
Voegt een breed, uitgestrekt effect toe aan het geluid.
TREMOLO: Voegt een levendig, vibrerend effect toe aan het geluid.
ROTARY SP: Voegt het vibrato-effect toe van een ronddraaiende luidspreker.
Als u een effecttype wilt selecteren, drukt u een aantal malen op de knop
totdat de indicator voor het gewenste type oplicht (de indicators lichten beurtelings op,
elke keer als u op de knop
alle indicators uit zijn.
De effectdiepte aanpassen
U kunt de effectdiepte voor de geselecteerde voice aanpassen met de knoppen
, terwijl u de knop
[+/YES]
De standaardinstellingen voor de diepte zijn voor elke voice verschillend. Het
dieptebereik ligt tussen 0 (geen effect) en 20 (maximale effectdiepte). De huidige
diepte-instelling verschijnt op het display zolang de knop
24
P-140 Gebruikershandleiding
ingedrukt houdt. De standaardinstellingen voor
[REVERB]
wordt ingedrukt.
kunt u een effect selecteren waarmee u
drukt). Er wordt geen effect geproduceerd wanneer
[EFFECT]
ingedrukt houdt.
[EFFECT]
Knoppen [–/NO] [+/YES]
te drukken.
[REVERB]
wordt ingedrukt.
[REVERB]
[–/NO]
en
,
[EFFECT]
[–/NO]
wordt ingedrukt.
[EFFECT]
Knop [REVERB]
Knop [EFFECT]
OPMERKING
Het standaardnagalmtype
(inclusief UIT) en de diepte-
instellingen zijn voor elke voice
verschillend.
OPMERKING
Als de knop [REVERB] wordt
losgelaten, verandert het
nagalmtype.
Als u de nagalmdiepte verandert
door de knop [REVERB]
ingedrukt te houden, wordt het
nagalmtype niet gewijzigd als u
de knop [REVERB] loslaat.
OPMERKING
Het standaardeffecttype (inclusief
UIT) en de diepte-instellingen zijn
voor elke voice verschillend.
OPMERKING
Het effecttype kan worden
gewijzigd door de knop
[EFFECT] los te laten.
Als u de diepte-instellingen
wijzigt door de knop [EFFECT]
ingedrukt te houden, wordt het
effecttype niet gewijzigd wanneer
u de knop [EFFECT] loslaat.