Verklarende woordenlijst
Bandbreedte
De bandbreedte definieert de grootte resp. transmissiecapaciteit van een transmissieka-
naal, of beter gezegd: het verschil tussen de laagst- en hoogstmogelijke frequentie op
een transmissiekanaal. De bandbreedte wordt aangegeven in Hz. Bij de digitale gegeven-
stransmissie bepaalt de bandbreedte de hoeveelheid gegevens die in een bepaalde peri-
ode een transmissiekanaal kan passeren, d.w.z. de transmissiesnelheid (uitgedrukt in bit/
s).
De bandbreedte die voor de transmissie van de analoge spraakgegevens via een digitaal
transmissiemedium wordt gebruikt (bijvoorbeeld het internet bij VoIP), bepaalt het aan-
tal kanalen dat tegelijk kan worden gebruikt alsmede de kwaliteit van de spraakover-
dracht. Op welke wijze de beschikbare bandbreedte voor de overdracht van spraakgege-
vens wordt gebruikt, wordt bepaald door de keuze van een
voor breedbandtransmissie tot 64 Kbit/s (
£
tot 32 Kbit/s (
Breedband-mode
Spraakgegevens worden bij VoIP (digitaal transmissiemedium) in de breedband-mode of
£
in de
Smalband-mode
£
heid of
Bandbreedte
Welke bandbreedte voor de overdracht wordt gebruikt, wordt bepaald door de keuze van
£
een
Codec.
Cel
Radiodekkingsgebied van een basisstation in een multicel-DECT-netwerk.
Cluster
Onderverdeling van een DECT-netwerk in groepen (subnetten) door een centraal
managementstation (DECT-manager). Alle telefoons in het netwerk gebruiken de cen-
trale functies van de telefooncentrale (VoIP-configuratie, telefoonboeken, ...). De basissta-
tions synchroniseren zich echter alleen binnen een cluster, waardoor een handover van
een handset van een cluster naar een dichtstbijzijnde cluster niet mogelijk is.
Codec
Codec verwijst naar een procedure waarin analoge spraak voor verzending via het inter-
net wordt gedigitaliseerd en gecomprimeerd en waarin bij ontvangst van spraakpakket-
ten de digitale gegevens worden gedecodeerd oftewel worden vertaald naar analoge
spraak. Er zijn verschillende codecs die zich onder andere onderscheiden in de mate van
compressie.
Aan beide zijden van de telefoonverbinding (beller-/verzenderszijde en ontvangerszijde)
moet dezelfde codec worden gebruikt. De spraakcodec wordt bepaald bij het tot stand
brengen van de verbinding tussen verzender en ontvanger.
Smalband-mode) ter beschikking.
verstuurd. In de breedband-mode staat een transmissiesnel-
van 64 kbit/s ter beschikking.
£
£
Breedband-mode) of smalbandtransmissie
Verklarende woordenlijst
Codec. Er staan codecs
49