Meting uitvoeren
u
Leg de resultaten van de metingen vast op uw plattegrond (horizontaal en indien
gewenst verticaal) en in een meetprotocol.
u
Om op een later tijdstip wijzigingen te kunnen herkennen, is het handig, de geplande
montageposities van de afzonderlijke meetrijen en hun omgeving met foto's vast te
leggen.
u
Als de telefooncentrale voor meerdere verdiepingen of zeer hoge ruimten (bijvoor-
beeld met galerij) moet worden gebruikt, moet u ook metingen in het verticale bereik
uitvoeren en de resultaten hiervan op de plattegrond vastleggen. Meer informatie
hierover vindt u in hoofdstuk
£
pagina
43.
Instabiliteit van het meetresultaat
Tijdens de metingen kan de signaalsterkte die op de handset wordt weergegeven zeer
instabiel zijn, met name als u zich met de handset verplaatst. De basisstations zijn voor-
zien van twee antennes, en de handset geeft de waarden van de antenne aan waarvan
het signaal het sterkste is. Aangezien de meet-handset op vaste intervallen meet (stan-
daard elke 2,5 seconden), kunnen de waarden zeer snel veranderen.
Als u bijvoorbeeld het signaal van de antenne met de beste ontvangst met een lichaams-
deel dempt, ontvangt de handset het signaal van de 'slechtere' antenne. Door uw lichaam
een beetje te verplaatsen, wordt de meetwaarde sterk beïnvloed, aangezien de handset
dan plotseling het signaal van de 'betere' antenne kan ontvangen. Door heen en weer te
draaien, bepaalt u een gemiddelde waarde, die u vervolgens als meetwaarde kunt
gebruiken.
Is het signaal zeer instabiel, dan is het zinvol de meting tijdens een gesprek uit te voeren,
omdat u dan tevens de spraakkwaliteit kunt controleren.
Tijdens het 'echte' bedrijf van de telefooncentrale is deze instabiliteit van de signalen vrij-
wel niet merkbaar omdat de basisstations automatisch de verbinding tot stand brengen
met de antenne met het beste signaal.
Grenswaarden vastleggen
Tijdens het meten ontvangen de meet-handsets radiosignalen van het meet-basisstation
en geven daarbij verschillende kenmerken van de ontvangstkwaliteit aan. Relevant voor
de ontvangstkwaliteit zijn
u
het ontvangstvermogen
u
de verbindingskwaliteit
De hieronder genoemde waarden zijn aanwijzingen voor het bepalen van grenswaarden
voor het gebruik van het DECT-telefoonsysteem onder optimale omstandigheden. Aan-
gezien het DECT-netwerk door een groot aantal factoren kan worden beïnvloed die ook
tijdelijk kunnen optreden, is het niet aan te raden om de basisstations daadwerkelijk op
de grenswaarden te plaatsen, maar om een buffer in te bouwen die rekening houdt met
het serviceniveau en spraakkwaliteit. Zo kan het bijvoorbeeld acceptabel zijn dat de
spraakkwaliteit in de kelder tijdelijk beperkt is en dat daar niet op elk moment alle tele-
foongesprekken mogelijk zijn. Daarentegen zijn voor de besprekingsruimte waar telefo-
nische conferenties worden gehouden geen enkele beperkingen acceptabel.
22
DECT-installaties in bijzondere
omgevingen,