DECT-installaties in bijzondere omgevingen
Meerdere gebouwen
Bij de planning van een DECT-installatie voor meerdere gebouwen c.q. voor gescheiden
gebouwendelen moet rekening worden gehouden met de volgende punten:
u
Moet telefoneren alleen mogelijk zijn in de gebouwen of op het volledige bedrijfster-
rein, ook buiten de gebouwen?
u
In welk gebied moet handover gewaarborgd zijn?
De gescheiden gebouwendelen kunnen het voordeligste met eigen clusters (subnet)
worden aangesloten op de telefooncentrale. In dit geval hoeft alleen de bekabeling van
de verschillende gebouwen of gebouwendelen via het LAN verlopen. Alle telefoontoe-
stellen die bij de telefooncentrale zijn aangemeld, kunnen overal worden gebruikt; hand-
over is echter niet altijd mogelijk.
Buitengebied
Het gebied buiten een gebouw kan meestal worden geïntegreerd in het DECT-netwerk
door een basisstation in de buurt van het venster te plaatsen. Een voorwaarde hiervoor is
dat het glas van het venster geen metaal bevat (spiegeling, wapening).
Als een goede dekking van het buitengebied niet mogelijk is door basisstations in het
gebouw te plaatsen, kunnen deze ook buiten het gebouw worden gemonteerd. Het
basisstation moet dan weerbestendig in een geschikte behuizing worden aangebracht
(verkrijgbaar bij externe leveranciers). Hierbij dient rekening te worden gehouden met de
bedrijfstemperatuur van de basisstations (+5° tot + 40°)
De basisstations kunnen op een mast (geen metaal), op het dak of aan een muur worden
bevestigd. Zorg ervoor dat de basisstations op het LAN zijn aangesloten, aangezien dit
het toestel van stroom verzorgt en bovendien zorgt voor de verbinding met de DECT-
manager.
Het bereik buitenshuis bedraagt max. 300 meter, maar dit wordt eventueel door andere
gebouwen, muren en ook bomen beperkt. Een basisstation dat buitenshuis is aange-
bracht, kan ook een gedeelte van de binnenruimte van een gebouw bestrijken als de
muren van dit gebouw het signaal niet te sterk dempen.
Houd bij metingen buitenshuis er rekening mee dat weersinvloeden, bijv. regen of
sneeuw, de zend- en ontvangsteigenschappen aanzienlijk kunnen beïnvloeden. Voer
eventueel nadere metingen uit onder andere weersomstandigheden; plan het dekkings-
gebied royaal als u voor een gegarandeerde ontvangst wilt zorgen. Ook wijzingen in de
begroeiing (gebladerte aan de bomen, groeien van struiken) hebben invloed op de sig-
naalomstandigheden.
Handover op het volledige terrein
Als handover op het volledige terrein en in alle gebouwen mogelijk moet zijn, moeten de
overgangsgebieden tussen de binnen- en buitenruimten zorgvuldig worden gepland en
gemeten.
Voorbeeld: de toegang tot het gebouw is alleen mogelijk via een metalen deur met 100%
demping. In dit geval moet bij geopende deur de handover tussen het dichtsbijzijnde
basisstation in de binnenruimte en het basisstation voor de buitenruimte zijn gewaar-
borgd. Beide basisstations moeten gesynchroniseerd zijn en (bij geopende deur) een
overlappend dekkingsgebied realiseren.
44