300 Terminal 16, ingang
(DIGITAL INPUT 16)
Functie:
In deze en de volgende parameters is het mogelijk te
kiezen tussen de verschillende mogelijke functies in
verband met de ingangen op de klemmen 16-33.
De functieopties worden weergegeven in de tabel
op pagina 111. De maximale frequentie voor klem
16, 17, 18 en 19 is 5 kHz. De maximale frequentie
voor klem 29, 32 en 33 is 65 kHz.
Beschrijving van de keuze:
Geen functie wordt gekozen als de
VLT-frequentie-omvormer niet mag reageren
op de signalen die naar de klem worden gestuurd.
Reset stelt de VLT-frequentie-omvormer in op
nul na een alarm. Niet alle alarmen kunnen
echter gereset worden.
Vrijloopstop omgekeerd wordt gebruikt wanneer de
VLT-frequentie-omvormer de motor moet laten uitlopen
tot stop. Logisch '0' leidt tot vrijloopstop en reset.
Reset en vrijloopstop omgekeerd wordt gebruikt
om vrijloopstop tegelijkertijd met een reset te activeren.
Logisch '0' leidt tot vrijloopstop en reset.
Snelle stop omgekeerd wordt gebruikt om de motor
te stoppen volgens de snelle stop uitlooptijd (ingesteld
in parameter 212). Logisch '0' leidt tot een snelle stop.
Gelijkstroomrem, omgekeerd wordt gebruikt om de
motor te stoppen door deze voor een bepaalde tijd een
DC-spanning te geven, zie de parameters 125-127.
Deze functie is alleen actief als de waarde in parameter
126-127 niet 0 is. Logisch '0' leidt tot DC-remmen.
Stop omgekeerd wordt geactiveerd door de
spanning naar de klem te onderbreken. Als de klem
geen spanning heeft, kan de motor niet draaien.
De stop wordt uitgevoerd volgens de geselecteerde
uitloop (parameters 207/208/209/210).
Geen van de hierboven genoemde
stopcommando's (start uitschakelen)
mag worden gebruikt als uitschakelaar
bij het uitvoeren van reparaties. Schakel in dat
geval de netvoeding uit.
= fabrieksinstelling. () = display-tekst [] = waarde die gebruikt wordt voor communicatie via de seriële communicatiepoort.
132
®
VLT
Serie 5000
NB!:
Wanneer de VLT-frequentie-omvormer
de koppellimiet heeft bereikt en een
stopcommando ontvangt, zal deze alleen
stoppen als klem 42, 45, 01 of 04 op klem 27 is
aangesloten. De datakeuze op klem 42, 45, 01 of
04 moet Koppellimiet en stop [27] zijn.
Start wordt geselecteerd als een start/stopcommando
(bedieningscommando, groep 2) gewenst is.
Logisch '1' = start, logisch '0' = stop.
002
Vergrendelde start - als gedurende minstens
3 ms een puls wordt gegeven, zal de motor
starten, op voorwaarde dat geen stopcommando
(bedieningscommando, groep 2) is gegeven. De
motor stopt als Stop omkeren kort wordt geactiveerd.
Omkeren wordt gebruikt voor het veranderen van
de draairichting van de motoras. Logisch '0' leidt
niet tot omkeren. Logisch '1' leidt tot omkeren. Het
omkeersignaal verandert alleen de draairichting, de
startfunctie wordt hierdoor niet geactiveerd.
Omkeren vereist dat Beide richtingen is
geselecteerd in parameter 200.
Is niet actief als Procesbesturing, gesloten
loop of Koppelregeling, snelheidterugkoppeling
is geselecteerd.
Start omgekeerd wordt gebruikt voor start/stop
(bedieningscommando, groep 2) en voor omkeren
met hetzelfde signaal. Er kan niet tegelijkertijd een
signaal op klem 18 worden gegeven. Werkt als
vergrendelde start omgekeerd, mits vergrendelde
start is gekozen voor klem 18.
Is niet actief als Procesbesturing, gesloten
loop is geselecteerd.
Start alleen met de klok mee wordt gebruikt
als de motoras bij het starten alleen met de
klok mee moet kunnen draaien.
Mag niet worden gebruikt met Procesbesturing,
gesloten loop.
Start alleen tegen de klok in wordt gebruikt
als de motoras bij het starten alleen tegen
de klok in moet draaien.
MG.51.A3.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss