HOOFDSTUK 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS
4. Start/hulpvoedingsschakelaar
of
Motor starten/hulpvoedingsschakelaar/functie activeren.
Om de motor te starten, moet de schakelaar
omhoog worden gehouden totdat de motor
aanslaat.
Om de hulpvoeding te gebruiken, moet de
schakelaar omlaag worden gehouden zolang
de hulppomp wordt gebruikt. De hulpvoeding
kan alleen worden gebruikt als de motor niet in
bedrijf is.
Wanneer de motor draait, moet de activerings-
schakelaar omlaag worden gehouden om alle
bedieningsfuncties van de giek te activeren.
OPMERKING: De hulpvoeding werkt alleen als er geen oliedruk is,
en wordt uitgeschakeld wanneer de motor draait.
5. Voeding/noodstop
Een rode, paddestoelvormige knop met twee standen
die voeding aan de keuzeschakelaar Platform/Grond
levert wanneer hij uitgetrokken is (aanstaat). Wanneer hij
ingedrukt is (uitstaat) is de voeding naar de keuzescha-
kelaar Platform/Grond uitgeschakeld.
3-4
6. Keuzeschakelaar Platform/Grond
Een sleutelschakelaar met drie standen die voeding aan
de bedieningsconsole op het platform levert wanneer hij
op Platform staat. Wanneer de sleutel op de stand
Grond wordt gehouden, is de voeding naar het platform
uitgeschakeld en kan alleen het grondbedieningsstation
worden gebruikt.
OPMERKING: Wanneer de machine is uitgeschakeld, moeten de
keuzeschakelaar Platform/Grond en de noodstop
op "Uit" staan.
OPMERKING: Wanneer de keuzeschakelaar Platform/Grond in de
middelste stand staat, is de voeding naar beide
bedieningsstations uitgeschakeld.
7. Urenteller
De urenteller kan hoogstens 9999,9 uur registreren en
kan niet worden teruggesteld.
– JLG Hoogwerker –
3122361