Inhoudsopgave
Advertenties
Wanneer u de stuurkolom in de hoogte ver-
stelt, verandert de stand van de start/stop-
knoppen. Zie STUURREGELAAR hierboven.
1
F22K03Y
1. Motorstart/stopknoppen
6) Verklikkerlichtjes cluster
1
F22H0MY
MODELLEN ZONDER BRANDSTOFPEIL-
INDICATIELAMPJES
1. Waarschuwingslampje oliepeil laag
2. Waarschuwingslampje
1
3
F22H01Y
MODELLEN MET BRANDSTOFPEIL-
INDICATIELAMPJES
1. Waarschuwingslampje oliepeil laag
2. Brandstofpeil-indicatielampjes
3. Verklikkerlichtje brandstofpeil laag
4. Waarschuwingslampje
2
2
4
Wanneer u het veiligheidskoord aanbrengt,
gaan alle lichten even aan. Dit is een bewijs
van hun goede werking.
Als het peil in het oliereservoir te laag is, gaat
er een waarschuwingslampje branden.
LET OP: Vul het oliereservoir zo snel
mogelijk aan, om ernstige motorschade te
voorkomen.
Modellen zonder brandstofpeil-
indicatielampjes
Wanneer er nog circa 5 l (1,3 U.S. gal.) in de
tank is, weerklinkt er een pieptoon als
reserve-indicator, tot de tank wordt bijgevuld.
De gecodeerde signalen vindt u in het
hoofdstuk OPLOSSEN VAN PROBLEMEN.
Modellen met brandstofpeil-
indicatielampjes
Wanneer het veiligheidskoord in het contact
zit en de brandstoftank vol is, branden de
brandstofpeil-indicatielampjes continu.
Naarmate het brandstofpeil daalt, gaan de
brandstofpeil-indicatielampjes één voor één
uit om aan te duiden hoeveel brandstof er nog
over is.
Wanneer er nog circa 5 l (1,3 U.S. gal.) in de
tank is, weerklinkt er een pieptoon als
reserve-indicator en blijft het verklikkerlichtje
"brandstofpeil laag" knipperen, tot de tank
wordt bijgevuld. Wanneer er nog circa 3 l
(0,8 U.S. gal.) overblijft, gaat het lampje uit.
De pieptoon houdt aan tot de tank wordt
bijgevuld. De gecodeerde signalen vindt u in
h e t
h o o f d s t u k
PROBLEMEN.
Alle modellen
Het waarschuwingslampje gaat aan wanneer
er een probleem is met het motorbeheersys-
teem. Het gaat knipperen wanneer er een
probleem is met het O.T.A.S.
elektrische ruimpomp.
OPMERKING: Wanneer het veiligheids-
koord in het contact zit terwijl de motor niet
draait, blijft het waarschuwingslampje bran-
den tot het veiligheidskoord wordt verwijderd.
O P L O S S E N
VA N
systeem of de
TM
31
Advertenties
Inhoudsopgave
