UITGAVE 05/2017
GEBRUIKSAANWIJZING
8
REINIGING EN ONDERHOUD
8.1
REINIGING
8.1.1 REINIGINGSPERSONEEL
Reinigingswerkzaamheden moeten regelmatig en zorgvuldig door gekwalificeerd en
geïnstrueerd personeel worden uitgevoerd. Over specifieke gevaren moet tijdens de
instructie informatie worden gegeven.
Tijdens de reinigingswerkzaamheden kunnen de volgende gevaren optreden:
– Gevaar voor de gezondheid door inademen van poederlak
– Gebruik van ongeschikt reinigingsgereedschap en hulpmiddelen
8.1.2 SPOEL EN REINIG DE INSTALLATIE
De reinigingsintervallen moeten afhankelijk van het gebruik en eventueel van de
vervuilingsgraad door de exploitant worden aangepast.
In geval van twijfel raden wij u aan om overleg te plegen met het deskundige personeel
van WAGNER.
8.2
ONDERHOUD
8.2.1 ONDERHOUDSPERSONEEL
Onderhoudswerkzaamheden moeten regelmatig en zorgvuldig door gekwalificeerd en
geïnstrueerd personeel worden uitgevoerd. Over specifieke gevaren moet tijdens de
instructie informatie worden gegeven.
Tijdens de onderhoudswerkzaamheden kunnen de volgende gevaren optreden:
– Gevaar voor de gezondheid door inademen van poederlak
– Gebruik van ongeschikt gereedschap en hulpmiddelen
Een competente persoon moet na afloop van de montage en het onderhoud het apparaat
controleren op een veilige werking.
8.2.2 ONDERHOUDSINSTRUCTIES
GEVAAR
Ondeskundig(e) onderhoud/reparatie!
Levensgevaar en schade aan het apparaat.
Reparaties mogen uitsluitend worden uitgevoerd en onderdelen mogen uitsluitend
worden vervangen bij een WAGNER servicecentrum of door iemand die daar speciaal
voor is opgeleid.
Repareer en vervang alleen delen die in het hoofdstuk "Reserveonderdelen" staan
vermeld en aan het apparaat toegewezen zijn.
Voor alle werkzaamheden aan de apparaat en bij werkonderbrekingen:
– Schakel de energie- en persluchttoevoer uit.
– Maak spuitpistool en apparaat drukloos.
– Beveilig het spuitpistool tegen bediening.
Bij alle werkzaamheden de gebruiks- en onderhoudshandleiding in acht nemen.
BESTELNUMMER DOC2388048
SPRINT XE
50