Inhoudsopgave
Advertenties
Installatie
Tabel 5: foutcodes
Flikkercode
2 x flikkeren: ● ●
4 x flikkeren: ●●●●
7 x flikkeren: ●●●●●●●
10 x flikkeren: ●●●●●●●●●●
Tabel 6 Werkingstanden (kleurencodes)
Werkingstand
Vóórverwarmer warmt op, in
wachttijd
Ontstekingsfase, ontsteking werkt
Werking, correcte vlam
Werking, slechte vlam
Te lage spanning
Storing, alarm
Uitgang van de foutcodes, zie
tabel 5
Parasitaire belichting vóór het
starten van de brander
PC diagnostiek
5.14
Branderautomaat
Mogelijke oorzaken
Geen vlamvorming op het einde van de veiligheidstijdspanne, bv.
om de volgende reden:
-
Magneetventiel Y1 defect of vuil.
Infrarode cel B1 defect of vuil.
-
-
Slechte afstelling brander, Stookolietoevoer onderbroken.
Ontstekingdispositief defect.
-
Parasitaire belichting gedurende het starten van de brander
Vlamonderbreking gedurende de werking; bv. om de volgende
reden:
-
Magneetventiel Y1 defect of vuil.
Infrarode cel B1 defect of vuil.
-
-
Slechte afstelling brander.
Bedradingsfout of interne fout,
Uitgangcontacten.
Kleurcode 1)
Bij een vlamonderbreking gedurende de werking, wordt de
Stookolietoevoer onmiddellijk onderbroken. De branderautomaat doet dan
een nieuwe startpoging volgens het ingebouwd werkingsprogramma.
Bij gebrek aan vlamvorming valt de brander, na de veiligheidstijdspanne, in
veiligheid.
Bij een vlamsignaal gedurende de vóórventilatie (bv.parasitaire belichting),
valt de brander in veiligheid op het einde van de vóórventilatietijd.
Na een vergrendeling ten gevolge van een storing, moet men ongeveer 1
minuut wachten alvorens de branderautomaat te kunnen ontgrendelen.
Kleur
Constant geel
Flikkerend geel
Constant groen
Flikkerend groen
Geel rood
Constant rood
Flikkerend rood
Groen rood
Afwisselend rood
Advertenties
Inhoudsopgave
