1.
Gasflesafsluitkraan (Afb. 34, pos. 1) sluiten.
2.
Aansluitstuk met drukknop slangbreukbeveiliging
(Afb. 34, pos. 3) met de hand van de gasfles afschroe-
ven (let op: linkse draad).
3.
Riem (Afb. 34, pos. 4) losmaken en lege gasfles uit de
gaskast nemen.
4.
Lege gasfles met schroefdraaddop en beschermdop
beveiligen.
5.
Lege gasfles op een geschikte plek in de gaskast plaat-
sen en borgen.
6.
Volle gasfles in de opnamevoorziening in de gaskast
plaatsen en met riem (Afb. 34, pos. 4) borgen.
7.
Aansluitstuk met drukknop slangbreukbeveiliging
(Afb. 34, pos. 3) met de hand opschroeven (let op:
linkse draad).
8.
Gasflesafsluitkraan (Afb. 34, pos. 1) openen.
9.
Drukknop slangbreukbeveiliging (Afb. 34, pos. 3)
stevig indrukken.
109-0031-01NL - 20/10
gasVoorziening
4
1 Gasflesafsluiter
2 Gasregelaar
3 Aansluitstuk met drukknop
slangbreukbeveiliging
4 Riem
Afb. 34
Gasfles in gaskast
9
1
3
2
10900010
77