Overige basisinstellingen
Inhoud
>
Het faxen voorbereiden
Overige basisinstellingen
U kunt de volgende items instellen in de Gebruikersinstellingen FAX (FAX user settings) van FAX-
instellingen (FAX settings).
Raadpleeg voor meer informatie de online handleiding:
Automatisch afdrukken (Auto print)
Wanneer AAN (ON) is geselecteerd wordt een ontvangen fax of activiteitenrapport automatisch
afgedrukt wanneer het apparaat een fax heeft ontvangen.
Als UIT (OFF) is geselecteerd, wordt de ontvangen fax niet afgedrukt, maar opgeslagen in het
geheugen. Ook TX/RX-rapporten, MULTI TX-rapporten (verzending) en activiteitenrapporten worden
dan niet automatisch afgedrukt.
TTI-positie (TTI position)
Hiermee kunt u bij het verzenden van faxen in zwart-wit de positie voor het afdrukken van de
informatie over de afzender binnen of buiten het beeldgebied selecteren.
Selecteer nadat u de afdrukpositie hebt geselecteerd FAX of TEL om 'FAX' of 'TEL' vóór uw fax- of
telefoonnummer af te drukken.
Bij het verzenden van faxen in kleur wordt de informatie over de afzender binnen het beeldgebied
afgedrukt.
Hoorn van haak (Offhook alarm)
Hiermee selecteert u of er een alarm moet klinken als de hoorn van de haak is.
Volumeregeling (Volume control)
Hiermee past u het RX-belvolume (RX ring volume) of het Telefoonlijnvolume (Line monitor volume)
tijdens de verzending aan.
RX-belniveau (RX ring level)
Hiermee selecteert u het niveau voor het belgeluid van het apparaat.
Activiteitenrapport (Activity report)
Hiermee wordt de geschiedenis van verzonden en ontvangen faxen afgedrukt. De
standaardinstelling voor het apparaat is om na iedere 20 transacties een activiteitenrapport af te
drukken. U kunt het rapport ook handmatig afdrukken door Rapporten/lijsten afdrukken (Print
reports/lists) te selecteren in FAX-menu (FAX menu).
>
Basisinstellingen voor faxen opgeven
Uitgebreide Handleiding
Problemen oplossen
Uitgebreide Handleiding
> Overige basisinstellingen
.
Pagina 30 van 1183 pagina's
Naar boven