Een veelgebruikt afdrukprofiel registreren
4.
Sla de instellingen op
Geef een naam op in het veld Naam (Name) en stel de items desgewenst in via Opties...
(Options...). Klik vervolgens op OK.
Het afdrukprofiel wordt opgeslagen en het tabblad Snel instellen (Quick Setup) wordt opnieuw
weergegeven.
De naam en het pictogram worden toegevoegd aan de lijst Veelgebruikte instellingen (Commonly
Used Settings).
Belangrijk
Klik op Opties... (Options...) om het paginaformaat, de afdrukstand en het aantal exemplaren dat u
hebt ingesteld op te slaan, en controleer elk item.
Opmerking
Wanneer u het printerstuurprogramma opnieuw installeert of een upgrade van het stuurprogramma
uitvoert, worden de geregistreerde afdrukinstellingen verwijderd uit Veelgebruikte instellingen
(Commonly Used Settings).
U kunt de geregistreerde afdrukinstellingen niet opslaan en behouden. Als een profiel wordt
verwijderd, moet u de afdrukinstellingen opnieuw registreren.
Een afdrukprofiel verwijderen
1.
Selecteer het afdrukprofiel dat u wilt verwijderen
Selecteer het afdrukprofiel dat u wilt verwijderen uit de lijst Veelgebruikte instellingen (Commonly
Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
2.
Verwijder het afdrukprofiel
Klik op Verwijderen (Delete). Klik op OK in het bevestigingsbericht.
Het geselecteerde afdrukprofiel wordt verwijderd uit de lijst Veelgebruikte instellingen (Commonly
Used Settings).
Opmerking
Afdrukprofielen die in de begininstellingen zijn geregistreerd, kunnen niet worden verwijderd.
Pagina 979 van 1183 pagina's
Naar boven