Faxinstellingen
verzonden faxen
Basisinstellingen voor faxen opgeven
TTI positie
Hiermee kunt u de plaats opgeven van de informatie over de afzender (binnen of buiten het
beeldgebied). Nadat u de plaats hebt geselecteerd, kiest u FAX of TEL om in te stellen welk
teken wordt weergegeven voor het fax- of telefoonnummer dat op verzonden faxen wordt
afgedrukt.
Hoorn van haak
Hiermee stelt u in of er een alarm moet klinken als de hoorn van de telefoon op het apparaat
niet juist is teruggeplaatst.
Volumeregeling
RX-belvolume (RX ring volume): hiermee stelt u het belvolume in voor het ontvangen van
faxen.
Telefoonlijnvolume (Line monitor volume): hiermee stelt u het telefoonlijnvolume in.
RX belniveau
Hiermee past u het belniveau van het apparaat aan voor het ontvangen van faxen. U kunt de
opties Standaard (Standard) of Hoog (High) kiezen.
Type telefoonlijn
Hiermee stelt u het type telefoonlijn van het apparaat in.
De telefoonlijnverbinding controleren
Opmerking
Deze instelling is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het land of de regio van
aankoop.
Activiteitenrapport
Hiermee stelt u in of het activiteitenrapport na 20 transacties automatisch moet worden
afgedrukt.
Activiteitenrapport
Verzendinstellingen (Verzendinstellingen)
ECM TX
Het apparaat is standaard ingesteld voor het verzenden/ontvangen van faxen in de ECM (Error
Correction Mode).
Faxen verzenden/ontvangen in de ECM
Als het faxapparaat van de ontvanger geschikt is voor ECM, verstuurt het apparaat de fax
automatisch opnieuw met gecorrigeerde fouten. Als het faxapparaat van de ontvanger niet
geschikt is voor ECM, wordt de fax verzonden/ontvangen zonder automatische foutcorrectie.
Verzenden in de ECM kan worden uitgeschakeld.
Pagina 957 van 1183 pagina's