De waarde is een percentage van het bereik tussen
0 en 200 % van de maximaal toegestane belasting
bij het huidige toerental.
•
""Motorstroom""
Signaal-
bereik
0
0-10 V
0 V
0-20 mA
0 mA
4-20 mA
4 mA
De waarde is een percentage van het bereik tussen
0 en 200 % van de nominale stroom.
•
""Lim. 1 overschr."" en ""Lim. 2 overschr.""
"Limiet overschreden functie"
Signaal-
bereik
Uitgang niet
actief
0-10 V
0 V
0-20 mA
0 mA
4-20 mA
4 mA
Deze functie wordt gewoonlijk gebruikt voor het con-
troleren van secundaire parameters in het systeem.
Als de limiet wordt overschreden, wordt een output,
waarschuwing of alarm geactiveerd.
10.11 "Regelaar"
(""Regelaarinstellingen"")
De versterkingsfactor (Kp) en integratietijd (Ti) zijn
vooraf ingesteld in de fabriek. Als de fabrieksinstel-
ling echter niet de meest optimale instelling is, kunt u
de versterkingsfactor en de integratietijd wijzigen:
•
Stel de versterkingsfactor (Kp) in op een waarde
tussen 0,1 en 20.
•
Stel de integratietijd (Ti) in op een waarde tussen
0,1 en 3600 seconden. Als u 3600 seconden
selecteert, werkt de regelaar als een P-regelaar.
Bovendien kunt u de regelaar instellen op omge-
keerde regeling.
Dit betekent dat het toerental lager wordt als u het
setpoint verhoogt. Bij omgekeerde regeling stelt u de
versterkingsfactor (Kp) in tussen -0,1 en -20.
"Motorstroom"
[%]
100
200
5 V
10 V
10 mA
20 mA
12 mA
20 mA
Uitgang actief
10 V
20 mA
20 mA
10.12 ""Bedrijfsbereik""
Stel als volgt het bedrijfsbereik in:
•
Stel het minimale toerental in tussen een vast
minimaal toerental en een door de gebruiker
ingesteld maximaal toerental.
•
Stel het maximale toerental in binnen het bereik
van het door de gebruiker ingestelde minimale
toerental tot het vaste maximale toerental.
Het bereik tussen het door de gebruiker ingestelde
minimale en maximale toerental is het capaciteitsbe-
reik. Zie afb. 33.
100 %
67 %
24 %
13 %
0 %
Afb. 33 Voorbeeld van minimale en maximale
instellingen
10.13 ""Externe setpoint functie""
U kunt het setpoint beïnvloeden met behulp van een
extern signaal, via een van de analoge ingangen of,
indien een geavanceerde functionele module, type
FM 300, is aangebracht, via een van de Pt100/1000
ingangen.
Voordat u deze functie kunt inschakelen,
moet u een van de analoge ingangen of
Pt100/1000 ingangen instellen op
""Externe setpoint functie"".
Zie paragrafen
en
10.6 ""Pt100/1000
[bar]
Sensor
max.
Gewenste
waarde
2
100
Actueel
1.2
setpoint
Sensor
0
0
min.
0
0.5
0
0
0
4
-50
Afb. 34 Voorbeeld van setpointbeïnvloeding met
sensorfeedback
Vast maximaal toeren-
tal
Door gebruiker inge-
steld max. toerental
"Capaciteitsbereik"
Door gebruiker inge-
steld minimaal toerental
Vast minimaal toerental
10.5 ""Analoge ingangen""
ingangen"".
Actueel
Extern
100 %
ingangssig-
setpoint-
3.5 V
naal (60 %)
5 V
signaal
10 V
20 mA
20 mA
204 C
37