De Dietrich AMC 45 Installatie- En Gebruikershandleiding pagina 27
Verberg thumbnails
Zie ook voor AMC 45:
- Installatie- en gebruikershandleiding (92 pagina's) ,
- Servicehandleiding (104 pagina's) ,
- Servicehandleiding (56 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Afb.29
Aansluiten buitensensor
Tout
Afb.30
Interne stooklijn
2,5
90
2,0
75
3
1,5
60
1,0
45
0,5
30
15
-20
-10
0
Afb.31
Aansluiten buitensensor
Tout
7703955 - v.05 - 16072021
Stel parameter AP056 in op het geïnstalleerde sensortype.
Tab.21
Voetpunt stooklijn
(dagbedrijf) (°C)
parameter CP210
15
15
AD-3000973-02
15
15
15
15
1
F
Tout Buitentemperatuur
De interne stooklijn kan met bovengenoemde parameterinstellingen
gewijzigd worden.
2
10
20
AD-0000871-02
De CV-installatie kan ook worden beveiligd tegen vorst in combinatie met
een buitensensor. De radiatorkraan in de vorstgevoelige ruimte moet open
staan.
Met een buitensensor werkt de vorstbeveiliging als volgt:
AD-3000973-02
Op de klemmen Tdhw van de aansluitconnector kan een boilersensor of
boilerthermostaat worden aangesloten. Gebruik alleen NTC 10 kΩ/25°C
sensoren.
Belangrijk
Bij ketels met een SCB-10-besturingsprint moet de buitensensor
worden aangesloten op de SCB-10-besturingsprint.
1. Sluit de stekker van de buitensensor aan op de aansluiting Tout.
Instellingen van de stooklijn
Helling stooklijn
parameter CP230
0,5
1,0
1,5
2,0
2,5
3,0
(1) Voorbeeld.
(2) Aanvoertemperatuur wordt afgekapt op Ta (max) = parameter CP010 (=
90°C).
1 Aanvoertemperatuur setpunt voor groep bij afwezigheid van
ruimte- en buitentemperatuurvoeler
Parameter CP010
2 Voetpunt stooklijn (dagbedrijf)
Parameter CP210
3 Helling stooklijn
Parameter CP230
Ta Aanvoertemperatuur
Voor meer informatie, zie
De stooklijn instellen, pagina 45
Vorstbeveiliging in combinatie met een buitensensor
Belangrijk
Bij ketels met een SCB-10-besturingsprint moet de buitensensor
worden aangesloten op de SCB-10-besturingsprint.
1. Sluit de stekker van de buitensensor aan op de aansluiting Tout.
Als de buitentemperatuur lager is dan de drempel voor vorstbeveiliging:
er is een warmtevraag van de ketel en de pomp gaat draaien.
Als de buitentemperatuur hoger is dan de drempel voor vorstbeveiliging:
geen warmtevraag van de ketel.
Belangrijk
De buitentemperatuur waaronder de vorstbeveiliging wordt
geactiveerd, kan gewijzigd worden met parameter AP080.
Aansluiten boilersensor/-thermostaat
Ta (°C)
waar Tout = –10°C
30
45
60
75
(1)
90
105
(2)
5 Installatie
AMC
27
Advertenties
Inhoudsopgave
