5 Elektrische installatie
5.1 Algemene informatie
Werkzaamheden aan de elektrische
installatie zijn uitsluitend door een
bekwaam vakman uit te voeren, die
onder zijn verantwoordelijkheid de
plaatselijke voorschriften en normen
naleeft.
De gaswandketel is uitgerust met twee
hoofdzekeringen van 2 A en 1 regel-
zekering van 1,25 A. De elektrische
aansluiting van de gaswandketel aan
het stopcontact gebeurt met behulp
van een 3-polige stekker. Zowel het
stopcontact als de 3-polige stekker
moeten overeenkomstig de nationale
voorschriften en normen gekeurd zijn.
De elektrische aansluiting van de
gaswandketel aan het stopcontact
moet zich naast de gaswandketel
bevinden en gemakkelijk te bereiken
zijn. Bij gebrek aan een stopcontact
in de nabijheid kan de elektrische
aansluiting van de gaswandketel
rechtstreeks in het elektrisch bord
plaats vinden. Alle elektrische verbin-
dingen van de gaswandketel naar het
elektrisch bord en naar een eventueel
geïnstalleerde kamerthermostaat die-
nen goed geïsoleerd te worden.
Belangrijk: De gaswandketel, de
centrale verwarmingsinstallatie en de
sanitaire leidingen moeten geaard
zijn !
5.2 Elektrische aansluiting
Het frontpaneel (2, afb. 5.1) na het
losmaken van de schroef (1, afb. 5.1)
naar voren klappen. De schroeven
(2, afb. 5.2) van het deksel omheen
het elektrische bord losmaken. De
elektrische aansluitingen aan de klem-
menstrook zijn :
•
de aarding (groen/geel)aansluiten
aan klem
;
•
de nulgeleider (blauw) aan de klem
N;
•
de fase (bruin) aan de klem L.
Belangrijk: Bij het terugplaatsen van
het deksel de bedrading (3, afb. 5.3)
doorheen de rubberen kabeldoorgan-
gen verzekeren !
Klemmen
Aansluiting
N – L
voeding 230 V
3-4-5
kamerthermostaat 230 V
met bimetaalcontact
7-8-9
kamerthermostaat 20 V
modulerend uitsluitend
van Vaillant
5.3 Regelapparatuur
5.3.1 Kamerthermostaat 230 V~
De klemmen 3, 4 en 5 dienen voor de
aansluiting van een kamerthermostaat
met bimetaalcontact en een anticipa-
tieweerstand van 230 V~.
De mogelijke Vaillant-kamerthermosta-
ten zijn :
•
VRT; VRT-QT; VRT-QW; VRT-P2D.
Origineel wordt de gaswandketel
geleverd met een brugje tussen de
klemmen 3 en 4. Bij de aansluiting
van een kamerthermostaat 230 V~
verwijdert u het brugje tussen de
klemmen 3 en 4. De klem 5 is de
nulgeleider (neuter) en dient enkel
aangesloten te worden bij een
3-draadse kamerthermostaat
(anticipatieweerstand 230 V).
5.3.2 Kamerthermostaat 20 V=
De klemmen 7, 8 en 9 dienen
uitsluitend voor de aansluiting van een
20 V= modulerende of analoge
kamerthermostaat van Vaillant.
•
VRT-ZA; VRT- QZA; VRT-PZA.
Bij de aansluiting van een moduleren-
de kamerthermostaat mag het brugje,
origineel tussen de klemmen 3 en 4,
niet verwijderd worden !
5.3.3 Weersafhankelijke regelaars
Vaillant biedt twee soorten regelaars
met buitenvoeler aan. (zie de actuele
prijslijst)
•
VRC-VC voor radiatoren/convecto-
ren
•
VRC-VCF voor vloerverwarming
Gelieve voor de elektrische aansluit-
ing de installatievoorschriften van de
regelaar te raadplegen.
1
2
Afb. 5.1
1 3
2
Afb. 5.2
1
3
N
2
L
3
4
5
7
8
9
Afb. 5.3
Afb. 5.4
1
33