Opmerking:
Om de automatische installatiewizard te laten functioneren, dient de printer aangesloten te zijn op een
ingesteld TCP/IP-netwerk.
Dynamische methoden voor het instellen van het IP-adres van de printer.
Er zijn twee beschikbare protocollen voor het dynamisch instellen van het IP-adres van de printer:
❏ DHCP (standaard ingeschakeld)
❏ AutoIP
U kunt beide protocollen in/uitschakelen via het bedieningspaneel, of gebruikmaken van EpsonNet
Config om DHCP aan/uit te zetten.
Opmerking:
U kunt een rapport afdrukken met het IP-adres van de printer. Druk op het bedieningspaneel op de
(Menu)-toets, selecteer Information Pgs (Gegevenspagina's), druk op de
Printer Settings (Configuratie), en druk dan op de
Printer Settings (Configuratie) pagina.
Het bedieningspaneel gebruiken
Het DHCP of AutoIP-protocol uit/aanzetten:
1. Druk op het bedieningspaneel op de
2. Selecteer Admin Menu (Menu Beheer), en druk op de
3. Selecteer Network Setup (Netwerkinstell.), en druk op de
4. Selecteer TCP/IP, en druk op de
5. Selecteer IPv4, en druk op de
6. Selecteer Get IP Address (IP-adres opvr.), en druk op de
7. Selecteer DHCP/AutoIP, en druk op de
EpsonNet Config gebruiken
Het DHCP-protocol uit/aanzetten:
Epson AcuLaser C1750 Series
(Menu)-toets.
toets.
toets.
toets.
Gebruikershandleiding
toets, selecteer
toets. Het IP-adres staat vermeld op de
toets.
toets.
toets.
Netwerk Basics
29