V1135089
I I n n s s tr r u u m m e e n n t t e e n n p p a a n n e e l l e e n n
In n s s tr r u u m m e e n n t t e e n n p p a a n n e e e e l l , , fr r o o n n t t
7 7 Informatiesymbool (blauw)
Geeft aan dat er sprake is van een afwijking. Op de
displaymodule verschijnt 7 seconden lang een
alarmmelding. De zoemer klinkt tweemaal.
8 Ri i c c ht t i i n n g g a a anw w ijz z ers rec c hts s (gr r oen n ) )
Het lampje knippert, wanneer u de hendel naar achteren
duwt, zie bladzijde
81
. Wanneer het lampje
onregelmatig knippert, is het kapot en moet u het
vervangen
9 To o er r ent t e e lle e r r
De toerenteller geeft het huidige motortoerental (omw/
min) aan. De schaal loopt van 0 tot 2500 omw/min (25
staat voor 25 x 100 omw/min, dat wil zeggen 2500 omw/
min).
10 0 Te e mper r atu u u u r r tr r an n smissie-ol l i i e e
Het waarschuwingslampje wordt geactiveerd, als de
wijzernaald in het rode gebied komt. Bij wijze van
beveiliging wordt het motortoerental in dat geval
begrensd.
Zet de motor af en spoor de oorzaak op. De zoemer
klinkt en op de displaymodule verschijnt een
alarmmelding, als u van rijrichting verandert.
11 1 , , 12 Br r an n dsto o f f p p e e i i l l
Wanneer de meter aangeeft dat de tank leeg is, gaat het
lampje links van de meter branden en verschijnt een
melding op het display. Tank zo spoedig mogelijk
brandstof bij om te voorkomen dat er lucht in het systeem
Brandstofsysteem, ontluchten
dringt. Zie bladzijde
de tank hebt leeggereden en het brandstofsysteem moet
worden ontlucht.
13 3 Gr r oot t li i c c ht t (bl l a a uw)
Het lampje brandt, wanneer het groot licht is
ingeschakeld (zie bladzijde
14 4 Zw w aai i licht t (or r an n j j e e ) )
Het lampje brandt, wanneer het zwaailicht is
ingeschakeld. Zie bladzijde
15 5 We e rkverli i c c ht t i i n n g g (or r anj j e e ) )
Het lampje brandt, wanneer de werkverlichting is
ingeschakeld (zie bladzijde
www.duma-rent.com
41 1
, als u
81
).
115
.
116
).