Te controleren en te reinigen gebieden:
1
Bovenkant hydrauliekoliereservoir
2
Luchtinlaat, motor (luchtgekoelde
wisselstroomdynamo)
3
Onder de motorkap, vuilafzetting op
motorkleppendeksel en andere
oppervlakken, in het bijzonder hete
oppervlakken van geluiddemper,
turbocompressor, uitlaatpijp,
uitlaatspruitstuk, voorgloeispiraal en
dynamo. Zie de figuur van de motorruimte.
Controleer en reinig ook het gebied rondom
startmotor, olievulopening, oliefilters en
brandstoffilter
4
Ruimte tussen motor en radiateur
5
Achter radiateurhuis
6
Vulopening brandstof
7
Bovenkant brandstoftank en omringende
gebieden
On n d d e e r r h h o o u u d d s s be e u u r r t t , , w w a a n n n n e e e e r r no o d d i i g g
M M otorruimte reinigen
Bij machines die in stoffige, brandgevaarlijke omgevingen (zoals
de houtverwerkende industrie, houtvezelbedrijven en de
verwerking van granen en diervoeders) werken, moeten de
motorruimte en de omringende gebieden dagelijks worden
gecontroleerd en gereinigd.
Bij werkzaamheden in andere omstandigheden moet de
motorruimte minstens eenmaal per week worden gecontroleerd
en gereinigd.
WA A A A R R S S C C H H U U W W I I N N G G
Gevaar voor inademing van gevaarlijke stoffen.
Gevaarlijke stofdeeltjes kunnen aanleiding geven tot ernstige
gezondheidsklachten.
Draa a g alt t i i j j d d persoo o n n l l i i j j k k e beschermingsmid d d d ele e n n , , inclusie e f f
fi i lte e r r mas s ker r , oo o gbes s cher r ming g en n pa a ssen n d d e we e rkhand d s s cho o e e n n en n
bi i j j he e t t ha a n n t t e e r r en n en n reini i g g e e n n van n de e mot t o o r r rui i m m te e , koel l er r s en
lu u c c ht t f f i i l l t t e e r r s.
WA A A A R R S S C C H H U U W W I I N N G G
Gevaar voor brandwonden.
Onderdelen van de motor en het uitlaatsysteem worden zeer heet
en kunnen ernstige brandwonden veroorzaken.
Ver r mijd con n ta a ct met t afd d e e kkin n gen in n de mot t o o r r ruimte e ,
mot t o o r r on n d d e e r r delen n en n he e t ui i t t l l aa a ts s yste e em m to o t t d d at t de mot t o o r r is
af f g g e e k k oe e l l d d .
Voor het openen en sluiten van de motorkap, zie bladzijde
O O P P MERKI I N N G! !
Spuit geen water in het uitlaatsysteem.
Het is raadzaam de machine voordat deze aan het einde van
de werkdag wordt weggezet eerst te reinigen.
Maak gebruik van beschermende uitrusting, zoals een
veiligheidsbril, werkhandschoenen en
ademhalingsbescherming.
Begin bovenaan en eindig boven op de brandstoftank en de
gebieden eromheen.
Los materiaal kunt u bijvoorbeeld met perslucht verwijderen.
Controleer na het reinigen op lekkage en verhelp deze. Sluit
alle afdekkingen en kappen.
www.duma-rent.com
On n d d e e r r h h o o u u d d
26 6 3 3
93
.