Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Nidec Unidrive M300 Handleiding pagina 139

Voor industriële automatisering met geïntegreerde plc en veiligheidsfuncties
Inhoudsopgave

Advertenties

Inregelprocedure
1. Sluit de Unidrive M stuurstroomtechnisch aan zoals op een van de voorgaande pagina's is weergegeven.
2. Neem de bedrading van de spoel van de remmagneetschakelaar los zodat de rem niet kan vrijkomen.
3. Programmeer de motormap in #00.006 t/m 00.009 zoals in de beschrijving van het nulmenu vanaf pagina 56 in
deze handleiding is weergegeven en vul dit aan met de onderstaande programmering. Daar waar mogelijk
wordt hierbij de programmering vanuit het nulmenu gebruikt. LET OP! de remmacro parameters in menu 0 en
de oorsprongparameters in menu 12 bevinden zich in hetzelfde getallengebied, dit kan verwarrend zijn!
Standaard 0-10 V
#00.010
= All
#00.005
= AV
#00.002
= max. 50 Hz.
#00.028
= Fast
#00.046
= 70 %
#00.047
= 10 %
#00.050
= 0,2 sec.
#00.051
= 0,3 sec.
#00.053
= Ref
#00.055
= Dig 10
#05.088
= 0,0
Reset (rode toets)
4. Bereken de nominale slipfrequentie van de motor, F-slip
Voorbeeld: een motor van 1440 rpm: F-slip
5. #00.048 en #00.049 = Fslip (binnen ons voorbeeld, 2 Hz.)
6. Programmeer #00.054 op 1.00
7. Programmeer de slipcompensatie in #05.027 op 0.0%.
Deze programmering is bij een hefbeweging met valgevaar beslist noodzakelijk.
8. Programmeer #00.038 op 1 (statische autotune).
Autotune vanuit de <Stop> of< Heat> mode is niet mogelijk, dus stel zeker dat tijdens auto-tune #06.008 = 0.
9. Geef een run- en vrijgavesignaal, de Unidrive M zal nu een statische autotune uitvoeren en ter afsluiting zal er
weer 0 in #00.038 verschijnen. De autotune neemt ca. 10 sec. in beslag.
Neem het run- en vrijgavesignaal nu weer weg.
10. Ga naar #00.000, selecteer <Save>, druk op de rode toets, waarna weer <NonE> in beeld zal verschijnen.
Alle parameters zijn nu opgeslagen in het geheugen van de Unidrive M.
11. Sluit de spoeldraad van de remmagneetschakelaar weer aan.
12. Geef een runsignaal en bepaal tijdens bedrijf de gewenste acceleratie en deceleratie in #00.002 en #00.003.
13. Maak zonodig een fijnafstemming van de volgende parameters:
- #00.046 procentuele motorstroom bij rem lichten en daarmee zeker stellen dat de last niet dipt bij rem lichten.
- #00.051 mechanische responstijd van de rem, (rem lichten) om daarmee zeker te stellen dat de last in een
vloeiende beweging accelereert.
14. Trommelremmen kunnen last hebben van een lange invaltijd waardoor de last
tijdens het invallen ongecontroleerd is, hierdoor kan het nodig zijn een andere
stopmethode te kiezen in #06.001 waarbij tijdens het invallen van de rem een
DC injectie plaatsvindt waardoor de bewegende last wordt afgeremd.
Door #06.001 op <rP dcI> te programmeren zal de motor bij een stopsignaal
volgens de geprogrammeerde deceleratietijd tot stilstand komen en bij stilstand
aangekomen zal er gedurende de in #06.007 geprogrammeerde tijd een DC-
injectie plaatsvinden met een niveau zoals in #06.006 is vastgelegd.
Raadpleeg ook de beschrijving van #06.001 op pagina 104.
15. Ga naar #00.000, selecteer <Save>, druk op de rode toets, waarna weer <NonE> in beeld zal verschijnen.
Alle parameters zijn nu opgeslagen in het geheugen van de Unidrive M.
M300 handleiding versie 5.2
M300 menu 12c
Remlogica
Aavulling bij presets
#00.005 = Preset
#00.018 = Preset frequentie 1
#00.019 = Preset frequentie 2
#00.020 = Preset frequentie 3
#00.021 = Preset frequentie 4
Reset (rode toets)
x 50 = 2 Hz
Pagina 139 van 188
x F nominaal.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Control techniques unidrive m400

Inhoudsopgave