Voorwaardes en beperkingen
-
Deze remmacro is gebaseerd op Unidrive M300 software versie V01.04.00.02 (Jan. 2015) of hoger. De
software versie is uit lezen in #00.078 of #11.029. Bij lagere softwareversies is het uit veligheids-
overwegingen ten zeerste af te raden de remmacro te gebruiken in een heftoepassing.
-
De remmacro in de Unidrive M300 voldoet aan geen enkel veiligheidsniveau en een risicoanalyse zal
moeten uitwijzen of aanvullende externe veiligheidsmaatregelen noodzakelijk zijn.
Unidrive M uitvoering
De Unidrive M moet uitgerust zijn met een remweerstand. Raadpleeg voor de juiste weerstandswaarde de tabellen
voorin deze handleiding. Het vermogen van de remweerstand moet in overeenstemming zijn met de totale
hoeveelheid regeneratieve energie die vrijkomt. Stel zeker dat de overtemperatuurschakelaar in de remweerstand
schakeltechnisch is verwerkt zoals in het stuurstroomschema op de voorgaande pagina's is weergegeven.
Frequentie wenswaarde
Over het algemeen in de vorm van 0-10V of presets. In verband met de bedrijfszekere verwerking van de traject-
eindschakelaars heeft het uit veiligheidsoverwegingen de voorkeur om de richtingscommando's te gebruiken, run
vooruit (klem 12) en run achteruit (klem 13). Een bipolaire wenswaarde via presets is dan ook af te raden.
Remaansturing
Sluit een 24V= interfacerelais of miniatuur magneetschakelaar aan op klem 10 van de Unidrive M (spoelstroom
max.50mA) overeenkomstig een van de schakeltechnische voorbeelden op de voorgaande pagina. Stuur de
magneetschakelaar van de mechanische rem aan overeenkomstig het stuurstroomschema op de voorgaande
pagina. Wijk uit veiligheidsoverwegingen liefst niet af van dit schema. Stel zeker dat het noodstopcircuit voldoet
aan het vereiste veiligheidsniveau. Het is raadzaam remsnelschakeling toe te passen, zie onderstaande illustratie.
De remgelijkrichter zal dan naar verwachting niet meer in de motorklemkast maar in het schakelpaneel geplaatst
worden.
AC
Remgelijkrichter
Par.nr.
Omschrijving
12.040
Remrelais aansturing
12.041
Implementatie remrelais
(0.055)
12.042
Motorstroomniveau bij rem
(0.046)
lichten
12.043
Magnetiseringsstroom bewaking
(0.047)
12.044
Frequentieniveau bij rem lichten
(0.048)
12.045
Frequentieniveau bij rem afvallen RW,U
(0.049)
12.046
Koppel tegen de rem vertraging
(0.050)
12.047
Rem mechanische responstijd
(0.051)
12.050
Koppelrichting bij rem lichten.
(0.053)
(Uitsluitend bij een horizontale
beweging zonder valgevaar,
#12.051 domineert )
12.051
Rem neer bij 0Hz passage
(0.054)
M300 handleiding versie 5.2
M300 menu 12c
Remlogica
Traag invallen
Rem-
AC
VDR
spoel
Type
Eenh. Fabr.
progr.
RO,Bit
RW,Txt
diS
RW,U
%
50
RW,U
%
10
RW,U
Hz.
1,00
Hz.
2,00
RW,U
sec.
1,0
RW,U
sec.
1,0
RW,U,
rEF
Txt
RW,U
Hz.
1,00
Pagina 138 van 188
VDR
Remgelijkrichter
Bereik
Bijzonderheden
1
Aanstuur bit voor de mechanische rem
diS
Remlogica uitgeschakeld.
rELAy
Rem (#12.040) via uitgangsrelais klem 41-42
Bedrijfsgereed via uitgang klem 10
Dig 10
Rem (#12.040) via digitale uitgang klem 10
USEr
#12.040 door gebruiker te verwerken.
200
Maat voor het motorkoppel niveau waarbij
de rem mag worden gelicht
200
Motorstroombewaking nadat de rem is
gelicht. (open uitgang bewaking)
20,00
Bij voorkeur gelijk aan de de nominale
slipfrequentie van de motor.
20,00
25,0
Tijd na #12.042 niveau is gepasseerd om
motorstroom te laten stabiliseren.
25,0
Tijd dat de rem nodig heeft om te lichten
om acceleratie tegen de rem te voorkomen
rEF
Richting volgens run commando,
(mits #12.051 > 0.0)
For
Altijd vooruit (mits #12.051 = 0.0)
rEv
Altijd achteruit (mits #12.051 = 0.0)
25,00
Rem neer onder #12.045 niveau, noodzaak
bij een hefbeweging
Snel invallen
Rem-
spoel