2.10. TOESTAND VAN DE LAMPJES
Lampjes en
kleur
Groen lampje: Toestand van de registratie
Het lampje knippert iedere 5 s één keer: registreerapparaat in stand-by (registreert niet)
1
Het lampje knippert iedere 5 s twee keer: registreerapparaat in registratiemodus
Blauw lampje: Bluetooth
Lampje uit: Bluetooth-verbinding uit (gedeactiveerd)
2
Lampje aan: Bluetooth-verbinding aan, maar zonder overdracht
Lampje knippert twee keer per seconde: Bluetooth-verbinding aan en bezig met overdracht
Rood lampje: Volgorde van de fasen
Lampje uit: volgorde fasedraaiing correct
Lampje knippert een keer per seconde: volgorde fasedraaiing niet correct. Dat wil zeggen dat we een van de
volgende gevallen zich voordoet:
3
Rood lampje: Overbelasting
Uit: geen overbelasting op de ingangen
4
Lampje knippert een keer per seconde: minstens een ingang is overbelast
Lampje aan: er mist een snoer of dit is op een verkeerde klem aangesloten
Lampje rood/groen: Toestand van de SD-kaart
Groen controlelampje brandt: De SD-kaart is OK
Het rode lampje knippert iedere 5 s vijf keer: De SD-kaart is vol
Het rode lampje knippert iedere 5 s vier keer: er resteert minder dan een week vermogen
5
Het rode lampje knippert iedere 5 s 3 keer: er resteert minder dan 2 weken vermogen
Het rode lampje knippert iedere 5 s 2 keer: er resteert minder dan 3 weken vermogen
Het rode lampje knippert iedere 5 s 1 keer: er resteert minder dan 4 weken vermogen
Rood controlelampje brandt: SD-kaart afwezig of vergrendeld
ON /OFF
START/STOP
de faseverschuiving tussen de fasestroomwaarden is 30° meer t.o.v. de normale situatie (120° bij
drie fasen en 180° bij twee fasen).
de faseverschuiving tussen de fasespanningen is meer dan 10° t.o.v. de normale situatie.
de faseverschuiving tussen de stroom- en spanningswaarden van iedere fase is meer dan 60° t.o.v.
0° (over een belasting) of 180° (over een bron).
REC
OL
Figuur 9
Toestand
12
1
2
3
4
5
6
7
8
9