- Houd de batterijen uit de buurt van voorwerpen die metaal
bevatten, zoals kettingen, haarspelden, munten en sleutels.
- Gebruik alleen het opgegeven batterijtype (pagina 94).
- Gebruik nieuwe batterijen en zorg dat alle batterijen van
hetzelfde type en hetzelfde model zijn en door dezelfde fabrikant
zijn gemaakt.
- Vergewis u er van dat de batterijen altijd op de juiste manier
geplaatst worden (let op de + en - tekens).
- Haal de batterijen uit het instrument als u het gedurende een
langere periode niet gebruikt.
- Als u Ni-MH-batterijen gebruikt, volgt u de instructies die bij
de batterijen zijn geleverd. Gebruik voor het opladen alleen het
aangegeven oplaadapparaat.
• Houd batterijen uit de buurt van kleine kinderen, die ze per
ongeluk kunnen inslikken.
• Vermijd contact met de vloeistof als een batterij lekt. Wanneer
batterijvloeistof in contact komt met uw ogen, mond of huid,
spoelt u het desbetreffende lichaamsdeel onmiddellijk met water
en raadpleegt u een arts. Batterijvloeistof is corrosief en kan
gezichtsverlies of chemische brandwonden veroorzaken.
VOORZICHTIG
Volg altijd de hierna vermelde algemene voorzorgsmaatregelen op om lichamelijk letsel bij
uzelf en anderen of beschadiging van het instrument en andere eigendommen te voorkomen.
Deze maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
Spanningsvoorziening/netadapter
• Sluit het instrument niet met een verdeelstekker aan op een
stopcontact. Dit kan leiden tot een verminderde geluidskwaliteit of
oververhitting in het stopcontact.
• Als u de stekker uit het instrument of het stopcontact haalt, moet
u altijd aan de stekker trekken, nooit aan het snoer. Het snoer kan
beschadigd raken als u eraan trekt.
• Haal de stekker uit het stopcontact als u het instrument lange tijd
niet gebruikt, of tijdens onweer.
Locatie
• Plaats het instrument niet in een onstabiele positie waardoor het
per ongeluk kan omvallen.
• Verwijder voordat u het instrument verplaatst alle aangesloten
snoeren, om beschadiging van de kabels te voorkomen en letsel
bij personen die erover zouden kunnen struikelen.
• Zorg er bij het opstellen van het product voor dat het gebruikte
stopcontact makkelijk toegankelijk is. Als er een storing optreedt
of het instrument niet correct werkt, schakelt u de POWER-
schakelaar onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit het
stopcontact. Ook wanneer de POWER-schakelaar is
uitgeschakeld, loopt er nog een minimale hoeveelheid stroom
naar het instrument. Verwijder de stekker uit het stopcontact als
u het instrument gedurende langere tijd niet gebruikt.
6
EZ-300 Gebruikershandleiding
Als u onregelmatigheden opmerkt
• Schakel de POWER-schakelaar onmiddellijk uit en trek de stekker
uit het stopcontact als een van de volgende problemen optreedt.
(Als u batterijen gebruikt, verwijdert u alle batterijen uit het
instrument.) Laat het instrument vervolgens nakijken door
bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
- Het netsnoer of de stekker raakt beschadigd of gaat stuk.
- Het instrument verspreidt een ongebruikelijke geur of er komt
rook uit het instrument.
- In het instrument is een voorwerp gevallen.
- Het geluid valt plotseling weg tijdens het gebruik van het
instrument.
- Het instrument vertoont barsten of andere zichtbare schade.
• Gebruik uitsluitend de standaard die voor uw instrument wordt
aanbevolen. Gebruik uitsluitend de bijgeleverde schroeven om
deze te bevestigen. Als u dit niet doet, kunnen de inwendige
onderdelen beschadigd raken en kan het instrument omvallen.
Aansluitingen
• Schakel, voordat u het instrument aansluit op andere
elektronische componenten, de stroom van alle componenten uit.
Stel alle volumeniveaus in op het laagste niveau voordat u de
stroomtoevoer naar alle onderdelen in- of uitschakelt.
• Voer de volumes van alle componenten, na het aanzetten,
geleidelijk op tot het gewenste luisterniveau, terwijl u het
instrument bespeelt.
Zorgvuldig behandelen
• Steek geen vinger of hand in de openingen van het instrument.
• Zorg dat er nooit papier, metaal of andere voorwerpen in de
openingen van het paneel vallen of worden gestoken. Dit kan
lichamelijk letsel bij u of anderen, schade aan het instrument of
andere eigendommen of een verstoring van de werking
veroorzaken.
• Leun niet op het instrument en plaats er geen zware voorwerpen
op en ga voorzichtig om met de knoppen, schakelaars en
aansluitingen.
• Gebruik het instrument/apparaat of een hoofdtelefoon niet te lang
op een hoog of onaangenaam geluidsniveau, aangezien
dit permanent gehoorverlies kan veroorzaken. Consulteer een
KNO-arts als u ruis in uw oren of gehoorverlies constateert.
2/3
DMI-7