■ Punten invoeren
a
Druk op
.
b
Met
verplaatst u
eerste punt op het rastervel.
Druk op
om de punt toe te voegen die wordt
aangegeven met
.
c
Selecteer of er enkele of drievoudige steken worden
genaaid tussen de eerste twee punten.
• Als u drievoudige steken wilt naaien, drukt u op de
toets zodat deze wordt weergegeven als
d
Herhaal de stappen voor elke punt die u op het
rastervel hebt getekend totdat het steekontwerp als een
doorlopende lijn op het scherm is getekend.
Als u klaar bent met de invoer van de steekgegevens,
e
drukt u op
om het steekpatroon op te slaan.
■ Punt verplaatsen
a
Druk op
of
om
die u wilt verplaatsen.
b
Met
kunt u de punt verplaatsen.
Druk op
om de positie te bepalen.
c
■ Ontwerp gedeeltelijk of geheel verplaatsen
a
Druk op
of
om
punt van het gedeelte dat u wilt verplaatsen.
b
Druk op
.
De geselecteerde punt en alle punten die zijn
ingevoerd nadat deze punt is geselecteerd.
naar de coördinaten van de
.
te verplaatsen naar de punt
te verplaatsen naar de eerste
c
Druk op
of
om het gedeelte te verplaatsen en
druk op
.
Het gedeelte wordt verplaatst.
■ Nieuwe punten invoegen
a
Druk op
of
om
in het ontwerp waar u een nieuwe punt wilt toevoegen.
b
Druk op
om een nieuwe punt in te voegen.
c
Met
kunt u de punt verplaatsen.
d
Druk op
om de punt in te voegen.
■ Opgeslagen steekpatronen ophalen
a
Druk op
om de locatie te selecteren van het
steekpatroon dat u wilt ophalen.
b
Selecteer het steekpatroon.
c
Druk op
om het steekpatroon op te halen.
1 Het steekpatroon bewerken.
2 Het steekpatroon verwijderen.
3 Het steekpatroon ophalen.
MY CUSTOM STITCH
te verplaatsen naar de plek
1 2 3
77
3