a
Bepaal de gewenste lengte van de trenssteek.
Zet de knoopgeleiderplaat op knoopsgatvoet "A" op de
gewenste lengte. (De afstand tussen de markeringen op
de persvoetschaal is 5 mm (3/16 inch).)
1
2
3
• U kunt een trenssteek van maximaal 28 mm
(1-1/8 inch) maken.
b
Bevestig knoopsgatvoet "A".
Leid de bovendraad onder de persvoet, omlaag door het
gat in de persvoet, alvorens knoopsgatvoet "A" te
bevestigen.
c
Selecteer een steek.
Nr.
4-13
Steek
• Voor meer informatie, zie "Stekentabel" op
pagina 45.
d
Plaats de stof met de opening van de zak naar u toe en
breng vervolgens de persvoethendel omlaag zodat de
naald 2 mm (1/16 inch) voor de zakopening neerkomt.
1
e
Trek de knoopsgathendel zo ver mogelijk omlaag.
f
Houd het uiteinde van de bovendraad losjes in uw
linkerhand en begin met naaien.
Wanneer het knoopsgat voltooid is, zet u de
g
persvoethendel omhoog, verwijdert u de stof en knipt u
de draden af.
h
Breng de knoopsgathendel omhoog in de
oorspronkelijke stand.
1 Schaalverdeling van
de persvoet
2 Lengte trenssteek
3 5 mm (3/16 inch)
1 2 mm (1/16 inch)
■ Stoppen
1 Verstevigingssteek
a
Bepaal de gewenste lengte van het stopwerk.
Zet de knoopgeleiderplaat op knoopsgatvoet "A" op de
gewenste lengte. (De afstand tussen de markeringen op
de persvoetschaal is 5 mm (3/16 inch).)
1
2
3
4
• U kunt een trenssteek van maximaal 28 mm
(1-1/8 inch) maken.
Wanneer u klaar bent met naaien, naait de machine
automatisch verstevigingssteken en stopt daarna.
Bevestig knoopsgatvoet "A".
b
Leid de bovendraad onder de persvoet, omlaag door het
gat in de persvoet, alvorens knoopsgatvoet "A" te
bevestigen.
c
Selecteer een steek.
Nr.
4-11
Steek
• Voor meer informatie, zie "Stekentabel" op
pagina 45.
d
Plaats de stof zo dat de naald 2 mm (1/16 inch) voor
het te stoppen vlak staat en zet de persvoet omlaag.
1
2
Naaisteken
1 Schaalverdeling van
de persvoet
2 Lengte stopwerk
3 5 mm (3/16 inch)
4 7 mm (1/4 inch)
4-12
1 Scheur
2 2 mm (1/16 inch)
67
3