■ Bovendraad is te strak
Als de onderdraad zichtbaar is aan de voorkant van de
stof, is de bovendraad te strak. Verlaag de draadspanning.
Opmerking
• Als de onderdraad onjuist is ingeregen, is de
bovendraad mogelijk te strak. Zie dan "De spoel
installeren" op pagina 22 en rijg de onderdraad
opnieuw in.
1
2
3
4
5
Telkens wanneer u op
drukt, wordt de draadspanning
lager.
■ Bovendraad is te los
Als de bovendraad zichtbaar is aan de achterkant van de
stof, is de bovendraad te strak. Verhoog de draadspanning.
Opmerking
• Als de bovendraad onjuist is ingeregen, is de
bovendraad mogelijk te los. Zie dan "Bovendraad
inrijgen" op pagina 24 en rijg de bovendraad
opnieuw in.
1
5
2
3
4
Telkens wanneer u op
drukt wordt de draadspanning
hoger.
Opmerking
• Als de bovendraad niet juist is ingeregen of de
spoel niet juist is geplaatst, kunt u wellicht de juiste
draadspanning niet instellen. Als u de juiste
draadspanning niet verkrijgt, rijg dan de
bovendraad opnieuw in en plaats de spoel op de
juiste wijze.
1 Achterkant van de stof
2 Voorkant van de stof
3 Bovendraad
4 Onderdraad
5 De onderdraad is zichtbaar
aan de voorkant van de
stof.
1 Achterkant van de stof
2 Voorkant van de stof
3 Bovendraad
4 Onderdraad
5 De bovendraad is zichtbaar
aan de achterkant van de
stof.
Nuttige naaitips
Naaitips
■ Proefnaaien
We adviseren voordat u uw project begint om een paar
proefsteken te naaien met dezelfde draad en stof als voor
uw project.
Controleer het naairesultaat en pas de draadspanning en
de steeklengte en -breedte aan het aantal lagen stof en de
genaaide steek aan.
Opmerking
• Andere factoren, zoals de dikte van de stof,
steunstof enz., zijn ook van invloed op de steek.
Naai daarom altijd een paar proefsteken voordat u
aan uw project begint.
• Bij het naaien van satijnsteek- of 7mm-
satijnsteekpatronen kunnen de steken gaan
trekken of opbollen. Gebruik dan een versteviging
of steunstof.
■ Van naairichting veranderen
a
Wanneer u bij een hoek komt, stopt u de machine.
Laat de naald omlaag (in de stof) staan. Als de naald
omhoog is blijven staan toen de machine stopte, drukt u
op
(naaldstandtoets) om de naald omlaag te zetten.
b
Breng de persvoethendel omhoog en draai de stof.
U draait de stof met de naald als as.
c
Breng de persvoethendel weer omlaag en ga door met
naaien.
■ Bochten naaien
Stop met naaien en wijzig vervolgens de naairichting
enigszins om rond de bocht te naaien. Meer
bijzonderheden over het naaien met een gelijkmatige
naden vindt u in "Evenwijdige naden naaien" op
pagina 40.
Wanneer u met een zigzagsteek langs een bocht naait,
selecteert u een kortere steeklengte, zodat u een fijnere
steek krijgt.
Nuttige naaitips
2
39