Naaisteken
■ Quilten
Een quilt bestaat uit twee lagen stof met een laag wattine er
tussen. Quilts (en andere meerlaagse projecten) kunnen met
een boventransportvoet* en de watteerliniaal/quiltgeleider*
perfect worden doorgestikt/gequilt.
* Deze naaivoeten zijn optioneel verkrijgbaar; neem
contact op met uw erkende Brother-dealer.
Opmerking
• Rijg de naald handmatig in wanneer u de boventransportvoet
gebruikt, of bevestig de boventransportvoet pas nadat u de
naald hebt ingeregen met de naaldinrijger.
• Voor quilten gebruikt u een 90/14 naald voor
huishoudnaaimachines.
• Kies voor een snelheid tussen langzaam en middelmatig
wanneer u werkt met de boventransportvoet.
• Wanneer u de boventransportvoet gebruikt, naait u
een proefstukje op een restje van de stof die u voor
het echte project gebruikt.
Memo
• Wanneer de [Automatisch stofsensor systeem] op
het instellingenscherm is ingesteld op [ON], wordt
de dikte van de stof automatisch gedetecteerd
door de interne sensor. Dan kan de stof zo soepel
mogelijk worden doorgevoerd om optimale
naairesultaten te krijgen. (pagina 36)
a
Rijg de lagen stof aan elkaar.
b
Verwijder de persvoet en de persvoethouder.
• Voor meer informatie, zie "Persvoethouder
verwijderen en bevestigen" op pagina 30.
Haak de verbindingsvork van de boventransportvoet
c
op de naaldklemschroef.
a
b
d
Zet de persvoethendel omlaag en draai de
persvoethouderschroef vast met de schroevendraaier.
VOORZICHTIG
• Draai de schroef stevig vast met de schroevendraaier;
anders raakt de naald misschien de persvoet,
waardoor de naald kan verbuigen of breken.
• Draai voordat u begint met naaien het handwiel
langzaam naar u toe (tegen de klok in) om te
controleren of de naald de persvoet niet raakt. Als de
naald de persvoet raakt, kan de naald buigen of breken.
64
1 Verbindingsvork
2 Naaldklemschroef
e
Selecteer een steek.
Nr.
1-04
Steek
• Voor meer informatie, zie "Stekentabel" op
pagina 45.
f
Plaats aan elke kant van de persvoet een hand en leid
de stof gelijkmatig tijdens het naaien.
Werken met de watteerliniaal/quiltgeleider (optioneel bij
sommige modellen)
Met de Watteerliniaal/Quiltgeleider maakt u parallelle
steken met een gelijkmatige tussenruimte.
a
Plaats de stang van de Watteerliniaal/Quiltgeleider in
het gat aan de achterkant van de boventransportvoet of
persvoethouder.
Boventransportvoet
b
Stel de stang van de Watteerliniaal/Quiltgeleider zo af
dat de quiltgeleider op één lijn staat met de naad die u
al hebt genaaid.
■ Fantasiequilten (vrij quilten)
Wij adviseren u het voetpedaal aan te sluiten en op
gelijkmatige snelheid te naaien. U kunt de naaisnelheid
regelen met de schuifknop voor snelheidsregeling op de
machine.
VOORZICHTIG
• Bij vrij quilten stemt u de doorvoersnelheid
van de stof af op de naaisnelheid. Als de stof
sneller gaat dan de naaisnelheid, kan de naald
breken of andere schade optreden.
1-33
Persvoethouder