Beschikbare scherpstelstanden
A
Autofocus
Gebruik deze stand als het onderwerp zich 50 cm of meer of 2,0 m of meer van het
objectief bevindt in de uiterste telezoomstand.
Het pictogram van de scherpstelstand op het opnamescherm wordt alleen direct na
het instellen weergegeven.
D
Macro-close-up
Stel in bij het maken van close-up foto's.
Als de zoomfactor is ingesteld op een stand waarbij F en de zoomaanduiding groen
worden weergegeven, kan de camera scherpstellen op onderwerpen tot op een afstand
van circa 10 cm tot het objectief. Wanneer de zoom op een stand staat voor een grotere
hoek dan die waarbij G wordt weergegeven, kan de camera scherpstellen tot op een
afstand van circa 1 cm tot het objectief.
B
Oneindig
Gebruik deze stand voor het fotograferen door een ruit heen van onderwerpen die zich
op enige afstand bevinden of voor het fotograferen van landschappen.
De camera stelt de scherpstelling automatisch op praktisch oneindig in.
Het is mogelijk dat de camera niet kan scherpstellen op objecten die te dicht in de
buurt van de camera staan.
Q
Oneindig
Gebruik deze stand voor het fotograferen van de lucht en het vuurwerk.
E
Handmatige scherpstelling
De scherpstelling kan worden ingesteld op een onderwerp dat zich tussen 1 cm en
oneindig (∞) bevindt van het objectief (A68). De kortste afstand waarop de camera
kan scherpstellen, is afhankelijk van de zoomstand.
C
Instelling van de scherpstelstand
In bepaalde opnamestanden is de instelling mogelijk niet beschikbaar.
Voor opnamestand j, k, l en m wordt de instelling opgeslagen in het geheugen van de
camera en blijft daarin opgeslagen, ook als de camera wordt uitgeschakeld.
Opnamefuncties
Scherpstelstand
67