Zelfontspanner
De camera is uitgerust met een zelfontspanner die de sluiter, nadat u de ontspanknop
indrukt, na 10 seconden of 2 seconden ontspant. Stel Vibratiereductie (A167) in het
setup-menu in op Uit wanneer bij fotograferen gebruik wordt gemaakt van een statief om
de camera te stabiliseren.
1
Druk op de multi-selector
2
Selecteer de gewenste
zelfontspannerstand en druk op de
k knop.
n10s (10 seconden): Gebruik bij belangrijke
gelegenheden zoals bruiloften.
n2s (2 seconden): Gebruik om cameratrillingen te
voorkomen.
Als u niet op de knop k drukt om de instelling toe te
passen, wordt de selectie geannuleerd.
Als de opnamestand is ingesteld op de onderwerpstand Dierenportret, wordt
Y (dierenportret automatisch ontspannen) weergegeven (A45). De zelfontspanner kan
niet worden gebruikt.
3
Kadreer het beeld en druk de ontspanknop half in.
De scherpstelling en belichting worden ingesteld.
4
Druk de ontspanknop helemaal
in.
Het aftellen wordt gestart. Het
zelfontspannerlampje knippert en blijft
ongeveer één seconde branden voordat de
sluiter wordt ontspannen.
Nadat de sluiter is ontspanner, wordt de
zelfontspanner ingesteld op OFF.*
Om het aftellen te stoppen, drukt u
nogmaals op de ontspanknop.
* Als de onderwerpstand Maan wordt
gebruikt als opnamestand, wordt de
zelfontspanner niet automatisch ingesteld
op OFF. U kunt de zelfontspanner
beëindigen door OFF te selecteren in stap 2.
Opnamefuncties
Zelfontspanner
J
(
n
).
64
Zelfontspanner
9 9
1 / 2 5 0
1 / 2 5 0
F 5 . 6
F 5 . 6