Types Snel aanpassen en Handmatig afstellen
Optie
1
Snel aanpassen
Verscherping
Contrast
2
Verzadiging
3
Filtereffecten
Het menu gebruiken
Het opnamemenu (stand j, k, l of m)
Stelt de scherpte, het contrast en de verzadigingsniveaus automatisch
in.
Instellen naar de – zijde vermindert het effect van de geselecteerde
COOLPIX Picture Control en instellen naar de + zijde benadrukt het
effect.
Standaardinstelling: 0
Regelt hoe scherp de contouren op het beeld moeten worden.
Hoe hoger het niveau, hoe scherper het beeld en hoe lager het niveau,
hoe zachter het beeld.
Selecteer A (auto) voor automatische afstelling.
Standaardinstelling: 3 voor Standaard of Monochroom, 2 voor
Neutraal en 4 voor Levendig
Past het contrast aan.
Instellen naar de – zijde geeft het beeld een zachter uiterlijk en instellen
naar de + zijde geeft het beeld een harder uiterlijk. Selecteer lagere
waarden om te voorkomen dat hoge lichten in portretten worden
"uitgebleekt" bij direct zonlicht en hogere waardes om details te
behouden in nevelige landschappen of onderwerpen met laag contrast.
Selecteer A (auto) voor automatische afstelling.
Standaardinstelling: 0
Bepaalt hoe levendig de kleuren moeten worden.
Instellen naar de – zijde reduceert de levendigheid en instellen naar de +
zijde vergroot de levendigheid.
Selecteer A (auto) voor automatische afstelling.
Standaardinstelling: 0
Simuleert het effect van kleurfilters bij monochrome fotografie.
OFF: Filtereffecten worden niet gebruikt.
Y (geel), O (oranje), R (rood):
Versterkt het contrast. Kan worden gebruikt om de helderheid van de
lucht in landschapsfoto's te verlagen. Het contrast wordt versterkt in
de volgorde Y ➝ O ➝ R.
G (groen):
Verzacht huidtinten en de kleur van lichaamsdelen zoals lippen. Zeer
geschikt voor portretten.
Standaardinstelling: OFF
128
Beschrijving