Functies
Beschrijving van geselecteerde componenten van...
Werkwijze
Regelmatige controle van de werking. Rekening hou-
den met de nationale voorschriften.
Waterkolom stijgt snel naar het juiste niveau.
Tab. 9
Drukcontrole-inrichting
Drukcontrole-inrichting via armaturenstang direct met
stoomketel verbonden.
Onderdeel
Manometer
rQ
Drukbegrenzer
rW
Drukmeetomvormer
rE
Doorgangsafsluitklep met
kap
rR
Tab. 10
12
tot
rQ
rR
Functie
Indicatie werkdruk
Als maximale druk wordt
overschreden: zekering van
de stoomketel tegen over-
druk
Lastafhankelijke regulering
van de ketelstookinstallatie
als functie van de bedrijfs-
druk
Maakt vervanging defecte
onderdelen mogelijk
(vervolg)
Bedieningsinstructies
Klep aan water- en stoomzijde aansluiten
Spoelklep openen, aftappen en dichtheid van de kleppen
controleren.
Klep aan waterzijde openen; let op uitblaasgeluiden
Klep aan waterzijde sluiten
Klep aan stoomzijde openen; let op uitblaasgeluiden
Klep aan stoomzijde open laten
Spoelklep sluiten
Klep aan waterzijde openen
Als de waterkolom langzaam stijgt, controleren of er een
verstopping is.
Bedieningsinstructies
Regelmatige controle van de werking. Rekening hou-
den met de nationale voorschriften.
Controle met geijkte testmanometer uitsluitend door ge-
concessioneerde firma of teststand
Veiligheidscircuit is door openen van een contact in de
drukbegrenzer onderbroken.
Branderwerking wordt onderbroken.
Veiligheidscircuit door toets in de schakelkast en aan
■
de drukbegrenzer weer ontgrendelen.
Keteldruk via ontluchtings- of hoofdstoomklep vermin-
■
deren: ca. 1 bar onder het schakelpunt van de max.
drukbegrenzer
Max. drukbegrenzer ontgrendelen.
■
Brander start opnieuw.
■
Uitsluitend door gespecialiseerde firma