BijZondere FUnCTieS
aFSTandSBediening
De afstandsbediening van de AVR 760/AVR 660 werkt als een universele
afstandsbediening die kan worden geprogrammeerd om ook andere
apparaten te bedienen. Raadpleeg het Functie Overzicht (Tabel A14 in de
bijlage) voor assistentie in het bedienen van andere componenten. De functie
van elke toets komt niet noodzakelijk overeen met de tekst op de toets.
De AVR 760/AVR 660 afstandsbediening is een modern en veelzijdig
instrument en dankzij het menusysteem gemakkelijk te programmeren.
Om het menu te activeren drukt u op AVR Settings en u houdt deze minimaal
3 seconden vast tot de het Hoofdmenu van de afstandsbediening in de LCD
Tekstdisplay verschijnt.
Het menu van de afstandsbediening wordt genavigeerd met
Scroll naar boven of beneden naar de optie die u wenst en druk op OK om die
te kiezen.
hoofd Menu
•
Program Device
: wordt gebruikt om de besturingscodes van een
bron te programmeren op de juiste Bronkeuze. Zie Stap 14 in de gewone
handleiding voor gedetailleerde aanwijzingen.
•
Learn
: wordt gebruikt om besturingscodes van de originele
afstandsbediening van een bron te programmeren, of om eerder
opgeslagen codes te wissen voor individuele toetsen of complete
apparaten. Zie Stap 14 in de gewone handleiding voor gedetailleerde
aanwijzingen.
•
Change Device
: wordt gebruikt bij het programmeren van Bronkeuze
wanneer het bronapparaat niet overeenkomt met het type bronkeuze.
Bijvoorbeeld, wanneer het systeem twee DVD-spelers gebruikt, maar
geen media server, kunt u de besturingscodes van de tweede DVD-
speler in de Media Server Bronkeuze programmeren door het type
apparaat te wijzigen in DVD. Zie Stap 14 in de gewone handleiding voor
gedetailleerde aanwijzingen.
•
Activiteit
: wordt gebruikt om een reeks van maximaal 20 bevelen in
één van de 10 activiteiten te programmeren en dit kan worden uitgevoerd
door op slechts twee toetsen te drukken (Activity en een Cijfertoets voor
een specifieke activiteit).Zie verderop voor details.
•
Punch-Through
: doorschakelen van de transport of kanaalbesturing
van een ander systeem dan dat wat nu in gebruik is. Zie hieronder voor
nadere instructies.
•
Rename
: voor het wijzigen van de naam van een Bronkeuze op de
afstandsbediening zodat die overeenkomt met de actuele functie.
Het herbenoemen wijzigt alleen de informatie in de LCD-display van
de afstandsbediening. Zie Stap 14 in de gewone handleiding voor
gedetailleerde aanwijzingen.
•
Back Light
: voor het programmeren van de inwendige verlichting van
de afstandsbediening. Zie hieronder voor nadere instructies.
•
Remote reset
: voor het terugzetten van de afstandsbediening in
de fabrieksinstelling waarbij alle instellingen van de gebruiker worden
gewist. Zie hieronder voor nadere instructies.
•
Exit
: verlaat de programmeer functie van de afstandsbediening wanneer
u naar deze optie scrollt en op OK drukt.
BiJZondeRe FunCTieS
activities (Macro's)
Activities wordt gebruikt om een reeks van maximaal 20 bevelen te
programmeren die met één enkele druk op een toets worden uitgevoerd.
Activities zijn zeer geschikt voor in- en uitschakelen, om een meercijferig
kanaalnummer te sturen met één toets, of om met meer flexibiliteit een
ander apparaat te sturen dan met de ingebouwde doorschakel functies.
Maximaal 11 activiteiten kunnen worden geprogrammeerd.
Opmerking: wees voorzichtig met het programmeren van
gecompliceerde activiteiten. Het is niet mogelijk een pauze of vertraging
voor het uitsturen van bevelen te programmeren na Power On en de
component is direct na het inschakelen wellicht nog niet gereed om op zo'n
bevel te reageren.
en OK.
KLM N
Zo programmeert u een activiteit of legt deze vast:
1.
Druk op AVR Settings en houd deze 3 seconden vast. De afstandsbediening
gaat in de programmeer functie en het Hoofdmenu verschijnt.
2.
Ga met
KL
3.
Druk op
KL
4.
Druk op
KL
command toets is de toets die de gebruiker indrukt om de activiteit uit
te voeren. Kies de AVR Power On toets, de AVR Power Off toets of een
alfanumerieke toets.
Opmerking: wanneer een van de alfanumerieke toetsen wordt gebruikt
als command toets, drukt u eerst op Activity en dan op de alfanumerieke
toets om de activiteit uit te voeren. Wanneer alleen de alfanumerieke toets
wordt ingedrukt gebeurt er niets. Word echter de AVR Power On of de AVR
Power Off toets gekozen als command toets, wordt de activiteit uitgevoerd
telkens wanneer de geprogrammeerde AVR Power toets wordt gebruikt.
5.
Gebruik
KL
AVR en de afstandsbediening in de gewenste apparaat functie nadat de
activiteit is beëindigd.
6.
Start het indrukken van de toetsen voor de gewenste functies. Elk bevel
verschijnt in de LCD display en de bron wordt links aangegeven tussen
vierkante haakjes.
•
Om naar een andere bron te schakelen drukt u op Source Selector. Dit
geldt als één van de 20 bevelen die in een activiteit kunnen worden
opgeslagen.
•
Om ook de AVR Power On en AVR Power Off bevelen in te sluiten, drukt
u eerst op AVR Settings om de afstandsbediening in de AVR functie te
zetten en dan op de gewenste Power toets.
•
Om menu navigatie te programmeren, drukt u op
en op
drukken wordt de reeks beëindigd en opgeslagen als activiteit, terwijl
u door op Back/Exit te drukken het programmeren wordt verlaten
zonder de activiteit op te slaan.
7.
Om de reeks bevelen af te sluiten, drukt u op OK.
8.
Kies met
KL
•
End Activity
wordt uitgevoerd, verschijnt de command toets, b.v. Activity 9, in de
LCD display.
naar Activity en druk op OK.
om naar Record Activity te gaan en druk op OK.
om naar de command toets te gaan en druk op OK. De
om de laatste bron te kiezen en druk op OK. Dit zet de
om naar een voorgaand menu terug te keren. Door op OK te
M
de End Activity optie of de Edit Title optie en druk op OK.
: de activiteit wordt opgeslagen. Wanneer de activiteit
N
om te kiezen
13