Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Tips Voor Het Installeren Van Een Netwerkprinter; Ip-Adres Toewijzen; Mac-Adres Zoeken; Netwerkprinter Handmatig Configureren - Lexmark 8300 Series Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Tips voor het installeren van een netwerkprinter

De volgende onderwerpen kunt u gebruiken bij het installeren en configureren van een netwerkprinter en
bij het oplossen van problemen met de netwerkprinter.

IP-adres toewijzen

Tijdens de installatie wordt een IP-adres toegewezen, maar alleen voor rechtstreeks afdrukken via IP.
Met het printerobject, dat tijdens de installatie wordt gemaakt, worden via dit adres alle afdruktaken over
het netwerk verzonden naar de printer die is aangesloten op de afdrukserver.
Op veel netwerken kunnen IP-adressen automatisch worden toegewezen. Voor kleinere netwerken wordt
dit doorgaans autoconfiguratie voor IP-adressen genoemd. Er zijn twee veelvoorkomende soorten
netwerken met autoconfiguratie voor IP-adressen. UPnP-netwerkomgevingen (universele Plug en Play)
bieden automatisch particuliere IP-adressen in het bereik 169.254.x.x. ICS-netwerkomgevingen (Internet
Connection Sharing; internetverbinding delen) bieden automatisch particuliere IP-adressen in het bereik
192.168.x.x. Op grotere netwerken wordt mogelijk DHCP gebruikt voor het toewijzen van adressen. Deze
adressen zijn doorgaans uniek voor het bedrijf.
Tijdens de installatie van de printersoftware voor rechtstreeks afdrukken via IP wordt het IP-adres alleen
weergegeven op het moment dat het wordt toegewezen. Het printerobject dat wordt gemaakt in de map
Printers van het besturingssysteem gebruikt het MAC-adres van de afdrukserver die wordt weergegeven
bij de poortnaam.
Als het IP-adres niet automatisch wordt toegewezen tijdens de installatie van de printersoftware, kunt u
proberen het adres handmatig op te geven nadat u de printer en afdrukserver hebt geselecteerd in de
beschikbare lijst.

MAC-adres zoeken

Wellicht hebt u het MAC-adres (Media Access Control) van de afdrukserver nodig om de configuratie van
de netwerkprinter te voltooien. Het MAC-adres bestaat uit een reeks letters en cijfers. Het adres vindt u
aan de onderkant van de externe afdrukserver.

Netwerkprinter handmatig configureren

1
Markeer de gewenste printer in het dialoogvenster Netwerkprinter configureren en klik vervolgens op
Configureren.
2
Selecteer DHCP of IP-adres handmatig configureren.
3
Geef voor de printer het IP-adres, het subnetmasker en de gateway op.
4
Klik op OK.

Zoeken naar een printer en afdrukserver op externe subnetten

De cd met printersoftware kunt u gebruiken om automatisch te zoeken naar printers die zich op hetzelfde
netwerk bevinden als de computer. Als de printer en afdrukserver zich op een ander netwerk (subnet
genoemd) bevinden, moet u het IP-adres handmatig opgeven tijdens de installatie van de printersoftware.
93

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave