5
Plaats de zwarte of foto-inktcartridge terug in de printer.
6
Als de fout:
•
opnieuw optreedt, vervangt u de zwarte of foto-inktcartridge door een nieuwe cartridge.
•
niet opnieuw optreedt, plaatst u de kleureninktcartridge terug in de printer.
7
Als de fout opnieuw optreedt, vervangt u de kleureninktcartridge door een nieuwe cartridge.
Storing bij de houder
1
Til de scannereenheid op.
2
Verwijder eventuele voorwerpen die de baan van de cartridgehouder blokkeren.
3
Zorg ervoor dat de deksels van de cartridgehouders zijn gesloten.
4
Sluit de scannereenheid.
5
Druk op .
Fout: 2200
1
Til de scannereenheid op.
2
Verwijder eventuele voorwerpen die de baan van de cartridgehouder blokkeren.
3
Zorg ervoor dat de deksels van de cartridgehouders zijn gesloten.
4
Sluit de scannereenheid.
5
Druk op .
Papier is op
1
Papier in de printer plaatsen.
2
Druk op .
124