Hoofdstuk Onderhoud
8.
Plaats een nieuw brandstoffilter en maak het
filterdeksel vast.
9.
Sluit de connector van de kabelboom en de
brandstofslang aan. Let er bij het aansluiten
van de brandstofslang op dat er geen vreemd
materiaal in de slang terecht kan komen.
10. Nadat het brandstoffilter of het element
vervangen zijn, of nadat alle brandstof is
opgebruikt,
moet
brandstofsysteem verwijderd worden om de
motor veilig te kunnen starten.
11. Open het ontluchtingsventiel (5).
12. Pomp (6) met de hand totdat de olie eruit komt.
Bij
deze
handeling
brandstofslangen
aangesloten.
13. Sluit het ontluchtingsventiel weer (5).
14. Controleer op lekkage.
Onderhoudsinterval van de brandstoffilter
Het onderhoudsinterval van de brandstoffilter
verschilt per regio. Controleer de onderstaande
tabel en vervang de brandstoffilter.
Regio
KOREA/JAPAN
NOORD-AMERIK
A/
EUROPA
ANDERE REGIO
de
lucht
uit
moeten
(2)
en
(4)
worden
Onderhoudsinterval
(uren)
zonder
met
brandstofvoo
brandstof
rfilter
voorfilter
1.000
1.000
500
1.000
500
1.000
Wielbouten en moeren - Controleren
Controle aanhaalkoppel
Gestuurde wielen
het
alle
Typisch voorbeeld
Haal de wielmoeren kruiselings aan met 110 Nm.
Aangedreven wielen
Typisch voorbeeld
Haal de wielmoeren kruislings aan tot 610 N
•
lb
ft).
-164-
•
m (450