Gebruiksaanwijzing DSE Expert
5 Bediening | 5.6 Functies bedienen via het menu
S1
S2
S3
Toets
Instellingen
S 1
Parameters worden opgeslagen.
ENDO-menu wordt gekozen.
S 2
Waarde wordt gewijzigd.
S 3
Waarde wordt gewijzigd.
S 4
Knipperende cursor wordt bewogen:
Draaimoment-modus, toerental, draaimoment, draaimoment-modus, ... (ring-
teller).
Draaimoment-modus instellen
▶ Als de parameter draaimoment-modus werd gekozen in het instelmenu, kan deze
parameter worden ingesteld.
ð
De gekozen parameter is op het display gemarkeerd met een knipperende cursor.
S1
S2
S3
Toets
Instellingen
S 1
Parameters worden opgeslagen
ENDO-menu wordt gekozen
S 2
Draaimoment-modus wordt gewijzigd
Autoreverse, Torque Control only, Autorev. / Forward, Autoreverse,..(ringtel-
ler)
S 3
Draaimoment-modus wordt gewijzigd
Autoreverse, Autorev. / Forward, Torque Control only, Autoreverse,..(ringtel-
ler)
S 4
Knipperende cursor wordt bewogen
Toerental instellen
▶ Als de parameter toerental werd gekozen in het instelmenu, kan deze parameter
worden ingesteld.
ð
De gekozen parameter is op het display gemarkeerd met een zwarte driehoek.
S4
S4
52 / 74