I
NSTALLATIE
nl
2.3
Het toestel aansluiten op het ventilatiesysteem
nl-18
8. Koppel de toevoerventilatormodule
afvoerluchtfiltermodule
menten aan boven en onderzijde.
9. Koppel de afvoerventilatormodule
buitenluchtfiltermodule
menten aan boven en onderzijde.
10. Herhaal stappen 4 t/m 6 voor beide gekoppelde samenstel-
lingen.
11. Breng, indien aanwezig, de verwarmingsmodule in positie.
12. Herhaal stappen 5 en 6 voor de verwarmingsmodule.
Het toestel borgen
1. Borg de ophanging aan de draadeinden door alle borgmoe-
ren aan te draaien 3.
Waarschuwing:
w
De draadstangen moeten geborgd worden,
anders kan het toestel vallen.
Sluit het toestel met behulp van kanaalstukken aan op de
buitenlucht, de binnenlucht en op de ventilatietoestellen.
Opmerking:
n
Houd rekening met eventuele sensoren voor de
regeling die in de kanalen geplaatst moeten worden.
Zie
2.9 Sensoren voor regeling installeren (optio-
neel)
W
-
ARMTETERUGWIN
TOESTEL
en de
M5 aan elkaar met de koppelele-
en de
F7 aan elkaar met de koppelele-