C-4IN WERK STELLING
■ C-4.1 ALVORENS DE MOTOR AAN TE ZETTEN
•
Voor de veiligheid van de operator, de andere
mensen en de wagen, is het beter een algemene
controle uit te voeren alvorens de motor aan te
draaien.
•
Cabine schoonmaken, met een speciale aandacht
voor ruimte onder en rond e pedalen en de
bedieningshendels.
•
Olie,
vet
of
modder
bedieningshendels halen.
•
Handen en schoenen moeten schoon en droog zijn.
•
Veiligheidsgordels controleren.
•
De
goede
werking
richtingaanwijzers, noodlampen, ruitenwissers en
claxon controleren.
•
Rijstoel regelen om makkelijk bij bedieningshendels
en pedalen te komen, zonder de rug te buigen.
•
Achteruitkijkspiegels regelen om een goed zicht te
hebben achter de wagen terwijl men correct op de
rijstoel zit.
•
Nagaan of parkeerrem ingeschakeld is.
■ C-4.1.1 Check bij het starten van de machine
Bij het starten van de machine voert de lastbegrenzer
een progressieve controle uit om de werking van het
systeem vast te stellen.
Na ongeveer 3/4 seconde verschijnt er de datum en het
machinemodel en, na ongeveer 15 seconden, verschijnt
er een opschrift met het verzoek om het in gebruik
zijnde gereedschap te bevestigen (het laatst gebruikte
gereedschap wordt weergegeven). Druk op ENTER om
te bevestigen.
Indien de groene LED blijft branden is de wagen klaar
voor gebruik. Indien de gele LED aanblijft zal het nodig
zijn de behandeling zeer voorzichtig uit te voeren daar
het geheven
gewicht hoger is dan 90% van de
toegestane vracht, maar lager dan de maximaal
toegestane vracht. Wanneer de rode LED brandt is de
geheven vracht hoger dan deze maximaal toegestaan,
de bewegingen van de wagen worden automatisch
geblokkeerd, behalve deze voor het intrekken in
stabiliteit.
Voer bovendien een werkingscontrole van de
veiligheidsinrichtingen uit, volg de aanwijzingen uit het
hoofdstuk
D-3.19
met betrekking tot:
• Anti-omkantelsysteem
• Joystick knop
• Noodstopknop
• Bediening voor de machinestart
• Noodpomp
Heflift met telescopische arm Serie GIROLIFT
GEBRUIKSAANWIJZING
van
pedalen
en
van
koplampen,
Pagina
Document 57.0008.8700 - 05/2007
■ C-4.2 MOTOR AANZETTEN
•
Plaats de mechanische versnellingshendel op
neutraal.
• Druk op het gaspedaal.
• Zet de motor aan door de
schakelaar op stand
draaien en los te laten zo
gauw de motor aanslaat.
Indien, na ongeveer 20
seconden, de motor niet
aangaat, sleutel loslaten en
ongeveer
2
wachten alvorens opnieuw
te proberen.
•
Als de motor aan is, de toeren op minimaal brengen
en enkele minuten wachten alvorens de versnelling
in te schakelen, zodat de motorolie progressief op
de juiste temperatuur komt om efficiënt te werken.
•
Indien de motor aangezet wordt met buitenhulp,
verbindingskabels weghalen (zie volgend
hoofdstuk).
OPGELET
Indien de lichtwijzers niet aan of uit gaan wanneer
de motor draait, deze dadelijk stil zetten en oorzaak
van het niet werken opzoeken.
GEVAAR
Nadat de motor gestart is en de bedieningsplaats
wordt verlaten blijft de motor draaien. NOOIT DE
BEDIENINGSPLAATS VERLATEN ZONDER DE
MOTOR UIT TE ZETTEN, DE ARM OMLAAG TE
DOEN, DE STUURKOLOM OP NEUTRAAL TE
ZETTEN EN DE PARKEERREM IN TE SCHAKELEN.
C-32
te
minuten