■ D-3.15 ORDELIJNEN WIELEN
Tijdens het gebruik van de wagen is het mogelijk dat
op de onderlinge ordelijn van de wielen op voor- en
achterassen veranderingen ontstaan. Dit kan
veroorzaakt
worden
wieldraaicircuits, maar ook door bv. wieldraai aan te
zetten op beide assen wanneer voorwielen niet op
juiste lijn staan met achterwielen.
Om dit te vermijden, is het aan te raden, in plaats van
te vertrouwen op visueel nazicht:
1) Zich met wagen op vlak, zonder oneffenheden,
terrein begeven
2) Wieldraaischakelaar 16 op "vier wiel draai" (pos. 2)
zetten
3) Stuurwiel ten einde draaien (geen belang of naar
rechts of links)
4) Wiel draaischakelaar op "enkel voorwielen" (pos.
0) plaatsen
5) Stuurwiel ten einde draaien in tegenovergestelde
richting dan vorige
6) Wieldraaischakelaar terug op stand "vier wiel draai"
(pos. 2) plaatsen
7) Stuurwiel draaien (andere richting dan punt 3)
totdat de achteras het slageinde bereikt
8) Wieldraaischakelaar terug op "enkel voorwielen"
(pos. 0) plaatsen
9) Stuurwiel draaien (in dezelfde richting als punt 7)
totdat de vooras, zoals de achteras, het slageinde
bereikt
10) Wieldraaischakelaar terug op "vier wiel draai" (pos.
2) plaatsen.
Thans moeten de wielen op een lijn liggen.
TUSSENTIJD BEMIDDELING
Inrijden ______________________________ Geen
Gewoon _______________________ Indien nodig
Heflift met telescopische arm Serie GIROLIFT
door
olieverlies
Pagina
Document 57.0008.8700 - 05/2007
ONDERHOUD
9
op
99
D-17
99
99
99
99 99
99
99 99 99 99
99
16
99
99