■ C-2.1.1
In nood de cabine verlaten
In geval van nood is de cabine voorzien van een
nooduitgang, langs de achterruit.
Deze is voorzien van bloccage-grepen met makkelijk
te breken, rode plastik-pinnen om het compleet openen
van de ruit toe te staan.
■ C-2.2 REGELING VAN DE ZITTING
Een zorgvuldige regeling van de zitting zorgt voor een
comfortabele en veilige besturing van de wagen. De
zitting van de heflift is voorzien van inrichtingen voor
de regeling van de vering, de hoogte, de afstand vanaf
de bedieningen, de inclinatie van de rugleuning en de
hoogte van de armleuningen.
• Regeling afstand van pedalen
Om de zitting vooruit of achteruit te bewegen op
hendel A handelen en de zitting in de gewenste
richting bewegen. Als de zitting goed zit hendel
loslaten en controleren of deze in de gewenste
positie vast blijft.
• Regeling van de hoogte en van de vering
Maak de hendel van de knop B los en draai hem
naar rechts of naar links totdat de gewenste vering
is verkregen. Controleer, voor de juiste regeling, of
de gele wijzer C binnen het groene veld zit, met de
bediener op de bestuurderszitting.
• Regeling van de rugleuning inclinatie
Handel op de hendel D en druk of laat de leuning
los totdat de gewenste inclinatie is verkregen, laat
dan de hendel weer los.
Heflift met telescopische arm Serie GIROLIFT
GEBRUIKSAANWIJZING
•
Regeling van de hoogte van de armleuningen
Doe de armleuning E omhoog en draai aan het
wieltje F om de stand van de armleuning aan te
passen.
• De zitting is slechts voor één persoon.
• Regel de zitting niet als de machine in beweging
is.
C-4
Pagina
Document 57.0008.8700 - 05/2007
GEVAAR