02 Center Canceler
Cancel (Center canceler)
Dit effect haalt klanken weg uit het midden van het
stereo beeld (zoals vocalen).
1. Position (Cancel Position)
Dit effect is voor het fijner afstellen van de Cut (ver-
wijder) positie. Stel het effect zo bij dat het geluid vol-
ledig wordt verwijderd.
2. Range
Deze stellen de bovenste en onderste limieten in van
het frequentie bereik dat weggehaald moet worden.
Als 'Thru' geselecteerd is, zijn de frequenties die weg-
gehaald moeten worden niet gelimiteerd.
Waarde
Low Limit
High Limit
Het geluid wordt verstuurd in mono. Hoewel u een
vergelijkbaar effect krijgt als u de Anti-Phase functie
gebruikt in Algoritme 01 Isolator & Filter (pag.
395), is dit algoritme verschillend omdat u de
bovenste en onderste frequentie limieten van het
effect kunt specificeren. Dit is vooral effectief als u
bijvoorbeeld stemmen weghaald.
Dit heeft geen effect als het input geluid mono is.
Bovendien kan zelfs in stereo het resultaat van het
weghalen verschillen, afhankelijk van de specifieke
opname.
EQ (3-band equalizer)
Deze equalizer werkt in drie frequentie gebieden:
laag, midden en hoog. U kunt de frequenties instellen
en het niveau verhogen of verlagen.
Uitleg
Thru, 20–2000 Hz
1.0–20.0 kHz, Thru
1. Gain
Stelt de versterkingsfactor van de equalizer in (verho-
gen of verlagen).
Parameter
Low Gain
Mid Gain
High Gain
2. Freq
Stelt de referentie in voor het frequentie bereik, dat
verhoogd of verlaagd moet worden. Met de Peaking
type equalizer betekent dit de middenfrequentie; met
de Shelving type equalizer wordt dit de grens fre-
quentie.
Parameter
Low Freq
Mid Freq
High Freq
3. Q
Dit stelt de bandbreedte in van het geluid, dat is ver-
sterkt of geminiseerd. Als de frequentie waarde gro-
ter wordt, wordt de bandbreedte smaller.
Dit is een alleen een Peaking type equalizer.
Parameter
Low Q
Mid Q
High Q
Effect blok
Waarde
-12 – +12 dB
Waarde
20–2000 Hz
200–8000 Hz
1.4–20.0 kHz
Value
0.3–16.0
397