Control Matrix
De Control Matrix parameters hebben alleen invloed op
de interne toongenerator. Het bepaalt hoe MIDI Control
Change boodschappen die gegenereerd worden door de
ingebouwde controllers (acht CONTROL knoppen,
[MODULATION] wheel, [FOOT CONTROLLER], [RIBBON]
controller, enz.), en de boodschappen die door externe
apparaten gegenereerd worden en in de MIDI[IN] binnen-
komen, door de AN1x toongenerator gevoerd worden, net
als het depth (sterkte) bereik van de besturing.
Mode
Ctrl Matrix
Poly
Port
LFO Rst
Set No
Param
De Control Matrix is een configuratie van 16 sets
control setup, met Pitch Bend parameters en twee sets
Common parameters. De 16 parameter Sets en Pitch
Bend parameters beïnvloeden iedere Scene apart, en
de Common parameters beïnvloeden de voice.
Hieronder volgt een korte beschrijving.
Set No: Voor het selecteren van Pitch Bend Pitch
Up en Down (iedere Scene), het Setnummer (1-16;
voor iedere Scene), en Common (1 en 2; beide
Scenes) parameter toewijzingen.
Parameter: Bepaalt welke parameter aan de
Scene Set Nummer (1-16), Pitch Bend, of Common
Set (1-2) toegewezen wordt.
VOICE
Layer
Unison
Source
Depth
Pan
Separate
Detune
SCENE SETUP
51
Source: Bepaalt welke controller (op Control
Change nummer) de corresponderende Parameter
bestuurt.
Depth (sterkte): Bepaald het bereik van de
Source (bron) controller. Als deze op "Dirct" (0
instelling) staat, wordt de Direct Control functie
geaktiveerd, en kunt u direct de parameter die aan
de controller toegewezen is in zijn oorspronkelijke
bereik wijzigen. Voor meer informatie, zie pag. 75.
Voor meer informatieover iedere parameter, beschikbare instellingen, en hoe u
N.B.
met de Control Matrix parameters en controllers toe kunt wijzen, zie pag. 73.
Voor informatie over MIDI en MIDI Control Change boodschappen, zie pag. 109.
N.B.