6. BEDIENING
• De bediening verschilt afhankelijk van de combi-
natie van de buitenunit en de afstandsbediening.
Lees het hoofdstuk "Wat te doen voordat u het
apparaat in gebruik neemt".
• Schakel de hoofdschakelaar 6 uur voordat u het
apparaat in gebruik neemt in (ter bescherming
van het apparaat).
Schakel tijdens het aircoseizoen de stroom niet
uit om een soepel opstarten te garanderen.
• Wanneer de hoofdschakelaar tijdens bedrijf wordt
uitgeschakeld, zal het apparaat direct inge-
schakeld worden nadat de hoofdschakelaar weer
wordt ingeschakeld.
6-1
KOELEN, VERWARMEN EN ALLEEN
VENTILATOR
• De werkingsmodus kan niet worden veranderd
met de afstandsbediening, wanneer het display
"
" weergeeft (omschakelen geblok-
keerd).
Verander de werkingsmodus met de afstandsbe-
diening, waarvan het display niet "
weergeeft.
• Lees het hoofdstuk "Bediening – De als master
ingestelde afstandsbediening instellen" wanneer
in het display van de afstandsbediening
"
" (omschakelen geblokkeerd) knipper-
end wordt weergegeven.
• De ventilator kan ongeveer 1 minuut doorlopen na
uitschakeling van de verwarmingsmodus om de
hitte uit de binnenunit te verdrijven.
• De luchtstromingsnelheid kan afhankelijk van de
kamertemperatuur automatisch worden aange-
past of de ventilator kan onmiddellijk stoppen.
Dit is geen storing.
• Ter bescherming van het apparaat kan het
systeem de luchtstroming automatisch regelen.
• Het kan even duren voordat de aanpassing van
de luchtstroming afgerond is.
Dit is een normale werkingswijze.
VOOR SYSTEMEN ZONDER KEUZESCHAKE-
LAAR KOELEN/VERWARMEN (Zie afbeelding 4)
Druk de keuzetoets voor het selecteren van de
1
functie zo vaak in tot de gewenste functie is
geselecteerd.
"
" Koelen
"
" Verwarmen
"
" Alleen ventilator
Druk op de aan / uit toets.
2
De verklikkerlamp gaat branden en het
systeem wordt ingeschakeld.
Nederlands
VOOR SYSTEMEN MET KEUZESCHAKELAAR
KOELEN/VERWARMEN (Zie afbeelding 4 en 6)
Selecteer de bedrijfsmodus als volgt met de
1
keuzeschakelaar koelen/verwarmen:
"
" "
"Koelen (Zie afbeelding 6.1)
"
" "
"Verwarmen (Zie afbeelding 6.2)
"
"
Alleen ventilator (Zie afbeelding 6.3)
Druk op de aan / uit toets. (Zie afbeelding 4)
2
De verklikkerlamp gaat branden en het
systeem wordt ingeschakeld.
INSTELLEN (Zie afbeelding 4)
Volg de onderstaande aanwijzingen voor het
instellen van de gewenste temperatuur en ven-
tilatorsnelheid.
Druk op de knop voor de temperatuurinstell-
3
ingen en stel de gewenste temperatuur in.
Door de toets in te drukken wordt de
ingestelde temperatuur 1°C verhoogd,
resp. verlaagd.
OPMERKING
"
• Stel de temperatuur in op een verantwoorde
waarde.
• In de functie Alleen ventilator kan de temper-
atuur niet worden ingesteld.
Druk de toets voor het instellen van de ventila-
4
torsnelheid in en selecteer de gewenste snel-
heid.
HET SYSTEEM UITSCHAKELEN (Zie afbeelding 4)
Druk nogmaals op de aan / uit toets.
5
De verklikkerlamp dooft en het systeem wordt
uitgeschakeld.
OPMERKING
• Schakel nooit meteen na uitschakeling van
het apparaat de stroom uit.
• Het systeem heeft minstens 5 minuten nodig
voor de restverwerking door de aftappomp.
Onmiddellijke uitschakeling van de stroom
kan een waterlekkage of een ander probl-
eem veroorzaken.
UITLEG VAN DE VERWARMINGSFUNCTIE
• Over het algemeen is er bij de verwarmingsfunc-
tie meer tijd nodig voor het bereiken van de
ingestelde temperatuur dan bij de koelfunctie.
Het wordt aanbevolen de bedieningsfunctie te
starten die gebruikt werd alvorens de tijdschake-
laarbediening gebruikt werd.
• De volgende bediening wordt uitgevoerd om te
voorkomen dat de verwarmingscapaciteit
afneemt of dat er koude lucht wordt uitgeblazen.
6