Samenvatting van Inhoud voor Daikin VRV IV-S RXYSQ4TAY1B
Pagina 1
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker VRV IV-S-systeem airconditioner RXYSQ4TAY1B Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker RXYSQ5TAY1B Nederlands VRV IV-S-systeem airconditioner RXYSQ6TAY1B...
Inhoud 6.3.6 Ervoor zorgen dat de buitenunit niet kan omvallen..18 Inhoud De koelmiddelleiding aansluiten..........18 6.4.1 Over het aansluiten van de koelmiddelleidingen ..18 6.4.2 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen ............. 18 1 Algemene veiligheidsmaatregelen 6.4.3 Richtlijnen voor het buigen van leidingen ....18 Over de documentatie ...............
1 Algemene veiligheidsmaatregelen 10.1 Overzicht: Onderhoud en service..........39 20.2.2 Symptoom: Ventileren is mogelijk, maar koelen en verwarmen werken niet..........56 10.2 Voorzorgsmaatregelen inzake onderhoud ........ 39 20.2.3 Symptoom: De ventilatorsnelheid stemt niet overeen 10.2.1 Elektrische gevaren voorkomen........39 met de instelling ............56 10.3 Controlelijst jaarlijks onderhoud van de buitenunit ....
▪ Indien u twijfels heeft over de bediening van de unit, contacteer optionele apparatuur en uitrustingen en reserveonderdelen uw installateur. die door Daikin gemaakt of goedgekeurd werden. ▪ Dit toestel mag worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en personen...
1 Algemene veiligheidsmaatregelen OPMERKING WAARSCHUWING ▪ Plaats GEEN voorwerpen, apparatuur of uitrustingen Zet, tijdens testen, het product NOOIT onder een druk bovenop de unit. hoger dan de maximaal toegestane druk (vermeld op het naamplaatje van de unit). ▪ Zit, klim of sta NIET op de unit. WAARSCHUWING OPMERKING Neem voldoende maatregelen wanneer koelmiddel zou...
1 Algemene veiligheidsmaatregelen 1.3.6 Elektrisch Er is een sifonbuis Vul bij met rechtopstaande fles. GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE (d.w.z. er zou iets zoals “Met ▪ Schakel alle elektrische voedingen UIT vooraleer u het vloeistofvulsifon” op de fles deksel van de schakelkast verwijdert, elektrische moeten staan) bedrading aansluit of elektrische onderdelen aanraakt.
Laatste herzieningen van de meegeleverde documentatie kunnen op ▪ Controleer of alle deksels dicht zijn vooraleer de unit de regionale Daikin-website of via uw dealer beschikbaar zijn. aan te zetten. De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle OPMERKING andere talen zijn vertalingen.
4 Over de units en opties Buitenunit 3.2.1 De buitenunit uitpakken 1× 1× 1× 1× 1× 1× 1× 2× 1× Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing buitenunit Label gefluoreerde broeikasgassen Informatiesticker installatie Gasleiding accessoire 1 (Ø19,1 mm) 3.2.2 Omgaan met de buitenunit Gasleiding accessoire 2 (Ø19,1 mm)
5 Voorbereiding Het VRV IV-S-warmtepompsysteem kan worden gecombineerd met Code Verklaring verschillende types binnenunit en is uitsluitend bedoeld voor gebruik Buiten luchtgekoeld met R410A. Warmtepomp (niet-continu verwarmen) overzicht beschikbare units vindt Eén module productcatalogus voor VRV IV-S. S-reeks Hierna vindt u een overzicht van de toegelaten combinaties van Koelmiddeltype R410A binnen- en buitenunits.
5 Voorbereiding ▪ Koelmiddelleiding voorbereiden ▪ Zorg ervoor dat ingeval van een waterlek, het water geen schade kan veroorzaken aan de installatieruimte en de omgeving. ▪ Elektrische bedrading voorbereiden ▪ Kies een plaats waar de warme/koude lucht uit de unit of het lawaai ervan NIEMAND stoort.
–5°C gedurende minstens 5 dagen, met een relatieve vochtigheidsgraad van meer dan 95%, dan bevelen wij aan om een Daikin- reeks te gebruiken die specifiek is ontworpen voor dergelijke toepassingen en/of om contact op te nemen met uw dealer voor meer informatie.
5 Voorbereiding 2 Bereken het volume van de ruimte (m ) waar de binnenunit is 5.2.3 Voorzorgsmaatregelen voor geïnstalleerd. Bereken in de volgende gevallen het volume van koelmiddellekken (D), (E) als één ruimte of als de kleinste ruimte. Over voorzorgsmaatregelen voor Als er geen kleinere opdelingen zijn van de ruimte: koelmiddellekken De installateur en systeemdeskundige moeten de veiligheid...
5 Voorbereiding VRV DX RA DX OPMERKING Voor R410A-koelmiddel moeten strikte voorzorgsmaatregelen worden genomen om het systeem schoon, droog en afgedicht te houden. ▪ Schoon en droog: voorkom dat vreemd materiaal (zoals minerale olie of vocht) in het systeem terechtkomt. ▪...
5 Voorbereiding 5.3.4 Koelmiddelaftaksets selecteren Capaciteitsindex Leidingmaat (buitendiameter) (mm) binnenunit Gasleiding Vloeistofleiding Voor een voorbeeld met leidingen, zie "5.3.3 Leidingmaat <150 15,9 selecteren" op pagina 13. 150≤x≤182 19,1 Refnet-verbinding aan de eerste aftakking (vanaf de buitenunit) Voorbeeld: Stroomafwaartse capaciteit voor B-1 = capaciteitsindex Wanneer als eerste aftakking vanaf de kant van de buitenunit een van unit 3-1 + capaciteitsindex van unit 3-2 refnet-verbinding wordt gebruikt, kunt u deze kiezen uit de volgende...
Pagina 15
5 Voorbereiding Vereiste Limiet VRV DX RA DX Maximale lengte eerste aftakset-binnenunit 40 m 40 m ▪ Voorbeeld 1.1, unit 8: b+c+d+e+f+g+p≤Limiet ▪ Voorbeeld 1.2, unit 6: b+h≤Limiet ▪ Voorbeeld 1.2, unit 8: i+k≤Limiet ▪ Voorbeeld 1.3, unit 8: i≤Limiet ▪ Voorbeeld 2, unit 18: b+m≤Limiet Maximale lengte buitenunit-BP 55 m ▪...
6 Installatie Typische werkstroom De elektrische bedrading Een typische installatie bestaat uit de volgende stappen: voorbereiden ▪ De buitenunit monteren. 5.4.1 Over het voldoen aan de normen inzake ▪ De binnenunits monteren. elektriciteit ▪ De koelmiddelleiding aansluiten. ▪ De koelmiddelleiding controleren. Deze apparatuur is conform met: ▪...
6 Installatie 6.3.2 Voorzorgsmaatregelen bij de montage 6.3.4 De buitenunit installeren van de buitenunit INFORMATIE Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: ▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid ▪ Voorbereiding 4× M12 6.3.3 De installatiestructuur voorzien Controleer de stevigheid en het vlak zijn van de grond waarop de unit geïnstalleerd zal worden, zodat deze niet gaat trillen of lawaai maken wanneer ze in bedrijf is.
6 Installatie 6.3.6 Ervoor zorgen dat de buitenunit niet kan OPMERKING omvallen Houd rekening volgende voorzorgen betrekking tot de koelmiddelleiding: Wanneer de unit staat waar hevige windstoten de unit kunnen doen ▪ Zorg ervoor dat nooit ander koelmiddel dan het overhellen, neem dan de volgende maatregelen: aangewezen koelmiddel...
6 Installatie Koelmiddelleiding Te hardsolderen deel Tape Handbediende klep Reduceerklep Stikstof ▪ Gebruik GEEN anti-oxidanten hardsolderen leidingverbindingen. Door resten kunnen leidingen verstopt raken en kan uitrusting stuk gaan. ▪ Gebruik GEEN vloeimiddel bij het hardsolderen van koper-op- OPMERKING koper koelmiddelleidingen. Gebruik fosforkoper toevoegmetaal Deze waarden voor het aanhaalmoment gelden alleen (BCuP), waarbij geen vloeimiddel wordt vereist.
6 Installatie Aanhaalmomenten Afmeting Aanhaalmoment N•m (rechtsom draaien om te afsluiter sluiten) (mm) Schacht Klephuis Zeskantsle Deksel Servicepoo utel (afsluiterde ksel) Ø9,5 5,4~6,6 4 mm 13,5~16,5 11,5~13,9 Ø12,7 8,1~9,9 18,0~22,0 Ø19,1 27,0~33,0 8 mm 22,5~27,5 6.4.6 Dichtgeknepen leidingen verwijderen WAARSCHUWING WAARSCHUWING Gas of olie die nog overblijft in de afsluiter kan de dichtgeknepen leiding wegblazen.
6 Installatie 4 Doe het volgende: 5 Monteer het servicedeksel en de inlaatplaat van de leidingen. ▪ Sluit de vloeistofleiding (a) aan op de vloeistofafsluiter. 6 Dicht alle openingen af (voorbeeld: a) om te voorkomen dat er (soldeersel) sneeuw of kleine dieren in het systeem terechtkomen. ▪...
6 Installatie "6.5.3 Koelmiddelleiding controleren: Opstelling" op pagina 22 De koelmiddelleiding controleren voor meer informatie over de stand van de kleppen. 6.5.1 Over het controleren van de 6.5.2 Koelmiddelleiding controleren: Algemene koelmiddelleidingen richtlijnen Zijn de werkzaamheden aan Werk de leidingen af. Sluit de vacuümpomp via een verdeelstuk aan op de servicepoort de koelmiddelleiding klaar? alle...
6 Installatie Op lekken controleren: Vacuümlektest Koelmiddelleidingen isoleren 1 Vacumeer het systeem aan de vloeistof- en gasleiding Na de lektest en het vacuümdrogen moeten de leidingen worden gedurende meer dan 2 uur tot – 1 00,7 kPa (– 1 ,007 bar) (5 Torr geïsoleerd.
6 Installatie WAARSCHUWING Leiding in inch Leiding in mm Leiding Gewichtsfactor Leiding Gewichtsfactor ▪ Gebruik uitsluitend R410A als koelmiddel. Andere stoffen kunnen ontploffingen ongelukken Ø6,4 mm 0,022 Ø6 mm 0,018 veroorzaken. Ø9,5 mm 0,059 Ø10 mm 0,065 ▪ R410A bevat gefluoreerde broeikasgassen. De waarde Vereisten inzake de aansluitverhouding.
6 Installatie INFORMATIE Te veel koelmiddel in het Verwijder koelmiddel af. ▪ Wanneer tijdens de procedure een storing wordt systeem gedetecteerd (bijv. een gesloten afsluiter), dan wordt Koppel het verdeelstuk los van een storingscode weergegeven. Zie in dat geval de vloeistofleiding. "6.7.5 ...
6 Installatie 2 Breng het label aan op de binnenkant van de buitenunit. Er is Houd de transmissiebedrading buiten de unit samen met de lokale plaats voorzien voor het label op de afbeelding met het leidingen. bedradingsschema. Aftakkingen Maximum aantal aftakkingen De elektrische bedrading voor kabels tussen units aansluiten...
6 Installatie WAARSCHUWING OPMERKING ▪ Gebruik ALLEEN koperdraden. ▪ De bescherming van dit product tegen omgekeerde polariteit werkt alleen bij het opstarten van het product. ▪ Controleer of de lokale bedrading voldoet aan de Eventuele omgekeerde polariteit wordt dus niet geldende wetgeving.
6 Installatie 3N~50 Hz Draadtype Methode 380-415 V L1 L2 L3 Gevlochten geleider met rond oog a Klem L1 L2 L3 b Schroef Aardlekschakelaar c Platte sluitring Zekering Voedingskabel Aanhaalmomenten 5 Maak de kabels (voeding en transmissiebedrading) vast met kabelbinders. Bedrading Schroefmaat Aanhaalmoment...
7 Configuratie Aansluiten op het Voor kabels die uit de unit komen, kan een frame beschermende mantelbuis worden aangebracht in de uitbreekopening. Bescherm de kabels met plastic buizen om te voorkomen dat de rand van de uitbreekopening in de kabels snijdt wanneer u geen mantelbuis gebruikt.
7 Configuratie Display Stand Beschrijving Het display geeft de lokale instellingen weer die gedefinieerd worden Stand 2 Stand 2 wordt gebruikt voor het wijzigen van als [Stand-Instelling]=Waarde. lokale instellingen van het systeem. U kunt de (lokale instellingen) actuele waarde van de lokale instelling Display raadplegen en wijzigen.
7 Configuratie Schakelen tussen standen Voorbeeld: 7 segmentendisplay – Stand 2 Gebruik BS1 om te schakelen tussen de standaardsituatie, stand 1 Verander de waarde van instelling [2‑8] (= T streeftemperatuur bij en stand 2. koelen) als volgt in 4 (= 8°C): Actie Knop/display Begin vanuit de standaardsituatie.
7 Configuratie Waarde / Beschrijving Instelling Waarde / Beschrijving Geeft de status van de werking met stroomverbruikbegrenzing aan. [1‑5] Hiermee kunt u controleren of het totaal aantal geïnstalleerde Geeft het totaal aantal binnenunits overeenstemt met aangesloten binnenunits aan. Unit werkt momenteel niet met het totaal aantal door het stroomverbruikbegrenzing.
Pagina 33
7 Configuratie Instelling Waarde Instelling Waarde Beschrijving Beschrijving binair) binair) [2‑18] Gedeactiveerd. [2‑22] Gedeactiveerd (= binair 1) (standaard) Instelling hoge statische druk (standaard) Instelling automatische Niveau 1 Niveau ventilator. geluidsarme werking en Geactiveerd. 3<Niveau Niveau 2 niveau 's nachts. 2<Niveau 1 Activeer deze instelling om de (= binair 2) Niveau 3...
7 Configuratie Instelling Waarde Instelling Waarde Beschrijving Beschrijving binair) binair) [2‑30] binair [2‑39]) (in het geval van — Gematigd Niveau (standaard) stroomverbruikbegrenzing Instelling koelcomfort. (= binair 2) Snel (stap 1) via de externe Deze instelling wordt gebruikt (standaard) Krachtig besturingsadapter in combinatie met instelling —...
7 Configuratie ▪ Bij het koelen mag de verdampingstemperatuur, afhankelijk van Om dit te activeren in… Verander… de situatie, tijdelijk tot 6°C dalen. Verwarmen [2‑9]=1 (standaard) ▪ Bij het verwarmen mag de condensatietemperatuur, afhankelijk Hi-sensible/economic (koelen/verwarmen) van de situatie, tijdelijk tot 46°C stijgen. De koelmiddeltemperatuur wordt hoger/lager (koelen/verwarmen) ▪...
8 Inbedrijfstelling Installatie Inbedrijfstelling Controleer of de unit correct is geïnstalleerd om abnormale geluiden en trillingen te voorkomen bij het Overzicht: Inbedrijfstelling opstarten van de unit. Lokale bedrading Na de installatie en wanneer de lokale instellingen zijn ingesteld moet de installateur de correcte werking controleren. Hiervoor moet Controleer of de lokale bedrading overeenkomstig de in het systeem proefdraaien volgens de hierna beschreven procedures.
9 Aan de gebruiker overhandigen Installatiedatum en lokale instelling Stap Beschrijving Communicatiecontrole Schrijf de installatiedatum op de sticker op de achterkant van het voorpaneel overeenkomstig EN60335‑2‑40 en Controle afsluiter noteer ook de lokale instelling(en). Controle leidinglengte Afpompen Checklist tijdens inbedrijfstelling Unit stop Proefdraaien.
10 Onderhoud en service 4 Trek de verbindingsstekkers voor de ventilatormotoren in de Onderhoud en service buitenunit uit voordat u begint met servicewerkzaamheden aan de inverterapparatuur. Raak geen onderdelen onder stroom OPMERKING aan. (Als een ventilator draait door de sterke wind, kan hierdoor een spanning in de condensator of in het hoofdcircuit worden Elk onderhoud moet door een erkende installateur of serviceagent worden uitgevoerd.
11 Opsporen en verhelpen van storingen OPMERKING GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Verwijder bij het verwijderen van koelmiddel GEEN olie. Voorbeeld: Met behulp van een olieafscheider. WAARSCHUWING Om gevaar als gevolg van het per ongeluk resetten van de thermische beveiliging te voorkomen, mag dit toestel NIET worden gevoed via een externe schakelinrichting zoals een Opsporen en verhelpen van timer of zijn aangesloten op een circuit dat regelmatig IN-...
13 Technische gegevens Technische gegevens Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk). De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op het Daikin-extranet (authenticatie vereist). 13.1 Overzicht: Technische gegevens Dit hoofdstuk bevat informatie over: •...
13 Technische gegevens 13.3 Serviceruimte: Buitenunit Buitenunit: • Wanneer u units naast elkaar installeert, moeten de leidingen langs voor, langs achter of langs onder worden gevoerd. In dat geval kunnen de leidingen niet langs de zijkant worden gevoerd. • Voorzie een ruimte van ≥250 mm tussen de units (in plaats van ≥100 mm zoals hieronder afgebeeld) wanneer de units naast elkaar worden geïnstalleerd en de leidingen langs achter worden gevoerd.
13 Technische gegevens 13.6 Bedradingsschema: Buitenunit Het bedradingsschema is bij de unit geleverd, op de binnenkant van het servicedeksel. 3N~ 380-415 V 50 Hz L1 L2 L3 N H5P H6P Q1RP P> X11A S1PH E L2A 1234 L2 L3 F410U F411U F412U X18A...
14 Over het systeem Voor de gebruiker Gebruikersinterface (draadloos, specifiek afhankelijk van Over het systeem het type binnenunit) De binnenunit van het VRV IV-S-warmtepompsysteem kan worden gebruikt voor toepassingen met verwarmen/koelen. Het type Gebruikersinterface binnenunit dat kan worden gebruikt hangt af van de reeks van de buitenunits.
17 Bediening Ontdooien Bediening Bij het verwarmen bevriest de luchtgekoelde warmtewisselaar van de buitenunit hoe langer, hoe meer, zodat steeds minder energie 17.1 Werkingsgebied kan worden overgebracht naar de warmtewisselaar van de buitenunit. De verwarmingscapaciteit neemt af en het systeem moet Gebruik het systeem binnen de volgende temperatuur- en ontdooien om nog voldoende warmte te leveren aan de binnenunits.
17 Bediening 17.3.2 Gebruik van het OPMERKING ontvochtigingsprogramma ▪ Het draaibereik van de klep kan worden veranderd. Neem contact op met uw dealer voor meer informatie. Starten (alleen voor dubbelstroom, multi-stroom, hoek, 1 Druk enkele keren op de keuzeknop voor de werkingsstand op plafondmontage en wandmontage).
18 Energie besparen en optimale werking 17.5.3 Gebruikersinterface als master instellen ▪ Als op het display staat (tijd om het luchtfilter te reinigen), laat u de filters door een erkend servicetechnicus schoonmaken. (Zie (RA DX) "Onderhoud" in de handleiding van de binnenunit.) Wanneer alleen RA ...
19 Onderhoud en service ▪ Laat de binnenunits ongeveer een halve dag draaien in de stand Onderhoud en service alleen ventileren om de binnenkant van de units te drogen. Zie "17.2.2 Over koelen, verwarmen, alleen ventileren OPMERKING automatische werking" op pagina 50 voor meer informatie over de stand alleen ventileren.
20 Opsporen en verhelpen van storingen permanente voorraad essentiële onderdelen om uw unit zo lang 19.4.4 Verkorte onderhouds- en mogelijk te laten meegaan. Neem contact op met uw dealer voor vervangingscycli meer informatie. De volgende omstandigheden kunnen aanleiding geven tot een Vermeld altijd de volgende informatie wanneer u uw dealer om kortere "onderhoudscyclus"...
20 Opsporen en verhelpen van storingen Neem contact op met uw installateur als u na controle van alle Storing Maatregel bovenstaande punten het probleem niet zelf kunt oplossen. Geef Als een beveiliging zoals een zekering, Schakel de hoofdvoeding hem de symptomen door, de volledige modelnaam van de unit (met onderbreker of aardlekschakelaar vaak uit.
20 Opsporen en verhelpen van storingen 20.2.2 Symptoom: Ventileren is mogelijk, maar Hoofdcode Inhoud koelen en verwarmen werken niet Storing vloeistoftemperatuursensor (warmtewisselaar) (buitenunit) Onmiddellijk na het inschakelen. De microcomputer is nog aan het Storing gastemperatuursensor (na onderkoeling HE) opstarten en voert een communicatiecontrole uit met alle (buitenunit) binnenunits.
20.2.16 Symptoom: De binnenkant van een Ter plaatse te voorzien buitenunit is warm, zelfs wanneer de unit Niet door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die is gestopt met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden.