Hoofdstuk 4. Programmeren
5.
Wanneer u OVERIGE als VLOEISTOF hebt geselecteerd, moet de automatische invoer in het vak GELUIDSSNELHEID
door de gebruiker met de juiste waarde worden vervangen.
6.
De KINEMATISCHE VISCOSITEIT van de vloeistof (zie Panametrics-document 916-119) wordt gebruikt om het
Reynolds-nummer te berekenen, wat vervolgens wordt gebruikt om de Reynolds-correctie te berekenen.
7.
De GEMIDDELDE FACTOR is een factor die wordt toegepast op alle metingen van het huidige kanaal, voor het
berekenen van de gemiddelde meting voor CH1 en CH2. Wanneer bijvoorbeeld de pijp-id voor beide kanalen
hetzelfde is en de GEMIDDELDE FACTOR voor beide kanalen is ingesteld op 0,5, dan geldt de volgende formule voor
de stroomsnelheid voor het Gemiddelde kanaal = 0,5 x CH1 + 0,5 x CH2.
De beschikbare VLOEISTOF-types zijn afhankelijk van de huidige instelling van het TRACKINGVENSTER (zie Tabel 5
hieronder).
4.5
Het menu TRANSDUCERS programmeren
Met het menu TRANSDUCERS kunt u als gebruiker alle parameters van de transducers specificeren die zijn vereist voor
correcte ultrasone debietmetingen. Een voorbeeld van dit menu wordt hieronder weergegeven in Afbeelding 75. Zie
de onderstaande subparagrafen voor de beschikbare opties voor het programmeren van de transducers.
Opmerking:
De maateenheden die in deze menu's voor alle transducerparameters worden gebruikt, zijn afhankelijk
van de gemaakte keuzes in het menu MAATEENHEDEN .
46
Tabel 5: Beschikbare vloeistoftypes
Trackingvenster Uit
Overige
Water
Water/Glycol
Zeewater
Olie (22°C)
Ruwe olie
Afbeelding 76: Het menu Transducers
Trackingvenster Aan
Smeerolie (X200)
Overige
Olie
Water
Methanol
Water/Glycol
Ethanol
Olie
LN2 (-199°C)
Freon (R-12)
TransPort® PT900 Gebruikershandleiding