Maximale opvoerhoogte (continu bedrijf) voor media met
maximale toegestane viscositeit
Pomptype
DMH 251
DMH 252
DMH 253
DMH 254
DMH 255
DMH 257
3.5 Geluidsniveau
Pomptype
DMH 251
DMH 252
DMH 253
DMH 254
DMH 255
DMH 257
* Testen overeenkomstig DIN 45635-01-KL3.
3.6 Elektrische gegevens
3.6.1 Behuizingsklasse
De behuizingsklasse hangt af van de gekozen motorvariant,
raadpleeg de motortypeplaat.
De gespecificeerde behuizingsklasse kan alleen worden gewaar-
borgd wanneer de voedingskabel is aangesloten met dezelfde
beschermingsklasse.
Pompen met elektronica: de behuizingsklasse wordt alleen gere-
aliseerd wanneer de connectoren zijn beschermd! De data m.b.t.
de behuizingsklasse geldt voor pompen met correct aan-
gebrachte connectoren of opgeschroefde doppen.
3.6.2 Motor
Versie: raadpleeg typeplaten van motor en pomp.
3.7 AR-besturingseenheid
Functies van pompen met elektronica:
•
"Continu bedrijf" knop voor functietest en ontluchting van
doseerkop
•
Geheugenfunctie (slaat maximaal 65.000 pulsen op)
•
Twee-traps tank-leeg signaal (bijv. via Grundfos tank-leeg sensor)
•
Slagsignaal / voormelding leeg signaal (instelbaar), bijv. als
een feedback naar de regelkamer
•
Doseer besturingsfunctie (alleen met sensor - optioneel)
•
Membraanlekkagedetectie (alleen met sensor - optioneel)
•
Instellingen beveiligd met toegangscode
•
Aan/uit op afstand
•
Hall-sensor
•
Bedrijfsurenteller
•
Motorbewaking.
Bedrijfsmodi:
•
Handmatig
Slagfrequentie: Handmatig instelbaar tussen nul en maximum
•
Contactsignaalbesturing
Vermenigvuldigingsfactor (1:n) en deelfactor (n:1)
•
Stroomsignaalbesturing 0-20 mA / 4-20 mA
Instelling van de slagfrequentie proportioneel aan het stroom-
signaal. Weging van de stroomingang.
10
Maximale aanzuighoogte
[mwk]
Positieve toeloop
Positieve toeloop
Positieve toeloop
Positieve toeloop
Positieve toeloop
Positieve toeloop
55 ± 5 dB(A)*
55 ± 5 dB(A)*
65 ± 5 dB(A)*
65 ± 5 dB(A)*
75 ± 5 dB(A)*
75 ± 5 dB(A)*
3.7.1 Ingangen en uitgangen
Ingangen
Contactsignaal
Stroom 0-20 mA
Aan/uit op afstand
Twee-traps tank-leeg signaal
Doseerbesturing en membraanlekkagesensor
Uitgangen
Stroom 0-20 mA
Foutsignaal
Slagsignaal
Bijna-leeg signaal
AR-besturingseenheid fabrieksinstellingen
•
Ingangen en uitgangen: NO (normaal open)
of
•
ingangen en uitgangen: NC (normaal gesloten).
3.8 Voeding
Voeding voor AC-spanning
Nominale spanning
230 / 400 V
240 / 415 V
115 V
Maximum toelaatbare netspanningsimpedantie
(0.084 + j 0.084) Ω (testen conform DIN EN 61000-3-11).
Deze details gelden voor 50 Hz.
3.9 Omgevings- en bedrijfsomstandigheden
•
Toelaatbare luchtvochtigheid: max. relatieve vochtigheid:
70 % bij +40 °C, 90 % bij +35 °C.
De lokatie van de installatie moet overdekt zijn!
Voorzichtig
Niet buiten installeren!
3.9.1 DMH met motor gelabeld voor koelmiddeltemperatuur
-20°C ≤ T
≤ 40°C
amb
•
Toelaatbare omgevingstemperatuur:
0°C (standaard) tot +40°C
(voor een installatiehoogte tot 1000 m boven zeeniveau)
•
Pompen met minimaal T
amb
•
Toegestane opslagtemperatuur: -20°C tot +50°C.
3.9.2 DMH met motor gelabeld voor koelmiddeltemperatuur
-20°C ≤ T
≤ 55°C en met rvs of PVDF als materiaal
amb
voor de doseerkop
•
Toelaatbare omgevingstemperatuur:
0°C (standaard) tot +55°C
(voor een installatiehoogte tot 1000 m boven zeeniveau)
•
Pompen met minimaal T
amb
•
Toegestane opslagtemperatuur: -20°C tot +55°C.
N.B.
Bekijk het typeplaatje van de motor.
Maximale belasting: 12 V, 5 mA
Maximale belasting: 22 Ω
Maximale belasting: 12 V, 5 mA
Maximale belasting: 12 V, 5 mA
Maximale belasting: 350 Ω
Maximale Ohmse belasting
50 VDC / 75 VAC, 0,5 A
Contacttijd/slag: 200 ms
Maximale Ohmse belasting
50 VDC / 75 VAC, 0,5 A
Toegestane afwijking van
nominale waarde
± 10 %
± 10 %
± 10 %
-20°C beschikbaar op aanvraag
-20°C beschikbaar op aanvraag